JOL 2006, 96
Rolbeslissing; ontvankelijkheid cassatieberoep. Rolbeslissing waarbij de facto recht op dienen van grieven wordt ontnomen zonder peremptoirstelling: strijd met art. 133 lid 4 Rv.
HR 10-02-2006, ECLI:NL:HR:2006:AU6519
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 februari 2006
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, R. Herrmann, P.C. Kop, E.J. Numann, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
C04/348HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
AU6519
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AU6519, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑02‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AU6519, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑02‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑11‑2004
Essentie
Rolbeslissing; ontvankelijkheid cassatieberoep. Rolbeslissing waarbij de facto recht op dienen van grieven wordt ontnomen zonder peremptoirstelling: strijd met art. 133 lid 4 Rv.
Een beslissing ter rolle waarbij de appellant de mogelijkheid wordt ontnomen nog van grieven te dienen en derhalve hetzelfde effect heeft als verlening van een akte van niet-dienen, dient, gelet op het ingrijpende gevolg dat is verbonden aan het niet voordragen van grieven (niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep), als arrest te worden aangemerkt, waartegen derhalve cassatieberoep openstaat. Een beslissing ter rolle waarbij niet anders wordt bepaald dan de roldatum waarop een nadere processuele verrichting zal ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.