AB 2006, 225
Formele rechtskracht; belanghebbende; eisen van doeltreffende rechtsbescherming; relativiteitsvereiste.
HR 03-02-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AU3253, m.nt. G.A. van der Veen (Staat/SFR,Staat/Stichting The European Club Support Foundation-Rijnmond)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 februari 2006
- Zaaknummer
C04/246HR
- Conclusie
A-G mr. Spier
- Noot
G.A. van der Veen
- LJN
AU3253
- Roepnaam
Staat/SFR
Staat/Stichting The European Club Support Foundation-Rijnmond
- JCDI
JCDI:ADS872432:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU3253, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑02‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AU3253, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑02‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑07‑2004
- Wetingang
Awb art. 1:2; BW art. 6:162; BW art. 6:163
Essentie
Formele rechtskracht; belanghebbende; eisen van doeltreffende rechtsbescherming; relativiteitsvereiste.
Samenvatting
De regel van de formele rechtskracht berust met name op de gedachte dat een doelmatige taakverdeling tussen de bestuursrechter en de burgerlijke rechter geboden is. Die regel — volgens welke de burgerlijke rechter, ingeval de geldigheid van een beschikking in het voor hem gevoerde geding in geschil is terwijl tegen die beschikking een met voldoende waarborgen omklede bestuursrechtelijke rechtsgang heeft opengestaan maar niet is benut, ervan dient uit te gaan dat die beschikking zowel wat haar wijze van totstandkoming als wat haar inhoud betreft in overeenstemming is met de desbetreffende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.