JAR 2006, 16
HR, 09-12-2005, nr. C04/218HR
HR 09-12-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AU6512
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 december 2005
- Magistraten
Mrs. P.C. Kop, E.J. Numann, J.C. van Oven
- Zaaknummer
C04/218HR
- Conclusie
A-G Timmerman
- LJN
AU6512
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Juridische beroepen / Rechter
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Staatsrecht / Rechtspraak
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AU6512, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑12‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AU6512, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑12‑2005
- Wetingang
BW art. 7:658; RO art. 81
Samenvatting
Arbeidsongeval. Aansprakelijkheid werkgever ex art. 7:658 BW; maatstaf; voldoende veiligheidsvoorzieningen; onvoldoende toezicht.
Met toepassing van art. 81 RO verworpen cassatieklachten tegen oordeel rechtbank dat de werkgever — hoewel de door hem getroffen veiligheidsvoorziening op zich een voldoende veiligheidsmaatregel in de zin van art. 7:658 lid 1 BW betrof en er geen gronden bestaan om aan te nemen dat de werknemer onvoldoende opleiding heeft gekregen — is tekortgeschoten in de op hem rustende zorgverplichting om toezicht te houden op het daadwerkelijk door zijn werknemers (en in het bijzonder door de werknemer, aan wie ontslag was aangezegd wegens slordigheid) gebruiken van de door hem ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.