Gst. 2005, 198
HR, 21-10-2005, nr. C04/142HR: Bouwvergunning Heemstede
HR 21-10-2005, ECLI:NL:HR:2005:AT8823, m.nt. J.A.E. van der Does (Bouwvergunning Heemstede,Ludlage/Van Paradijs)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 oktober 2005
- Magistraten
mrs. P. Neleman, D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop en J.C. van Oven
- Zaaknummer
C04/142HR
- Noot
J.A.E. van der Does
- LJN
AT8823
- Roepnaam
Bouwvergunning Heemstede
Ludlage/Van Paradijs
- JCDI
JCDI:ADS883103:1
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht (V)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Huurrecht / Verplichtingen huurder en verhuurder
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2005:AT8823, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑10‑2005
ECLI:NL:HR:2005:AT8823, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑10‑2005
- Wetingang
Essentie
Bouwvergunning, bestemmingsplan. Handelen overeenkomstig vergunning, hinder. Onrechtmatige daad.
Samenvatting
Plaatsing — met bouwvergunning — van een uitbouw welke door onthouding van licht en uitzicht zodanige hinder toebrengt dat deze ingevolge art. 6:162 BW onrechtmatig is. Het cassatiemiddel keert zich tegen het oordeel van de feitenrechter dat een bouwvergunning niet het recht verleent om aan zijn buren onrechtmatige hinder toe te brengen.
Of en in hoeverre een door de overheid verstrekte vergunning invloed heeft op de beoordeling van de aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad van degene die overeenkomstig de aan hem verstrekte vergunning handelt, doch daarbij schade of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.