FJR 2006, 40
HR, 07-10-2005, nr. R04/133HR
HR 07-10-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AT8249
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 oktober 2005
- Zaaknummer
R04/133HR
- LJN
AT8249
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AT8249, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑10‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AT8249, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑10‑2005
- Wetingang
BW art. 1:377a
Essentie
Uitleg vooronderzoek Raad voor de Kinderbescherming; motiveringsklachten; art. 1:377a BW
Uitspraak
Feiten
De moeder en de vader hebben een affectieve relatie met elkaar gehad, waaruit de twee thans nog minderjarige kinderen zijn geboren. De vader is de biologische vader van de kinderen. De moeder heeft alleen het gezag over de kinderen. De kinderen verblijven bij haar. De dochter is door de vader erkend.
Procesverloop
De rechtbank heeft het verzoek van de vader tot vaststelling van een omgangsregeling afgewezen op grond van de buitengewoon grote tegenstelling tussen de vader en de moeder, waarvan geen normalisatie werd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.