RFR 2005, 129
Huwelijksvermogensrecht. Valt een waardestijging van de aandelen onder de verrekenverplichting en dient een waardestijging van de onroerend goed portefeuille binnen een B.V. verrekend te worden?
HR 02-09-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AT4537
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 september 2005
- Magistraten
Mrs. P. Neleman, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
C04/121HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
AT4537
- JCDI
JCDI:ADS871375:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Ambtenarenrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AT4537, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑09‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AT4537, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑09‑2005
- Wetingang
BW art. 1:141
Essentie
Valt een waardestijging van de aandelen onder de verrekenverplichting en dient een waardestijging van de onroerend goed portefeuille binnen een B.V. verrekend te worden?
Samenvatting
Dit arrest is het tweede arrest van de Hoge Raad in deze zaak. Voor de feiten wordt verwezen naar het arrest van de Hoge Raad van 19 januari 1996, NJ 1996, 617 (in het bijzonder de conclusie van de A-G en rov. 3 van de Hoge Raad).
In het arrest uit 1996 heeft de Hoge Raad met betrekking tot het oordeel van het Hof te Arnhem van 22 juni ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.