JAR 2005, 136
HR, 29-04-2005, nr. C04/012HR
HR 29-04-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AS2685
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 april 2005
- Magistraten
Mrs. Neleman, Numann, Van Oven, Van Schendel, Bakels
- Zaaknummer
C04/012HR
- LJN
AS2685
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AS2685, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 29‑04‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AS2685, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑04‑2005
- Wetingang
Samenvatting
CAO; uitleg. Stelplicht; passeren bewijsaanbod; onbegrijpelijk oordeel.
Nu in art. 2 lid 1, aanhef en onder a, van de — in het relevante tijdvak algemeen verbindend verklaarde — CAO voor het bouwbedrijf de werkingssfeer daarvan aldus wordt omschreven, dat die CAO van toepassing is op alle werknemers die in dienst zijn bij ondernemingen waarvan het bedrijf is gericht op productie voor derden op het gebied van het geheel of gedeeltelijk uitvoeren van bouwwerken, heeft de rechtbank blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door niet de aard van het bedrijf van de werkgever, maar de aard van de werkzaamheden waarbij de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.