NJ 2005, 394
Onteigening. Meerwaarde van het onteigende i.v.m. bijzondere geschiktheid voor doel waarvoor onteigend wordt; bepaling meerwaarde; taak onteigeningsrechter.
HR 18-02-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AR6024, m.nt. P.C.E. van Wijmen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 februari 2005
- Magistraten
Mrs. P. Neleman, D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven
- Zaaknummer
C04/220HR1407
- Conclusie
A-G Van Ballegooijen
- Noot
P.C.E. van Wijmen
- LJN
AR6024
- JCDI
JCDI:ADS143529:1
- Vakgebied(en)
Onteigeningsrecht / Onteigening
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AR6024, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑02‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AR6024, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑02‑2005
- Wetingang
Essentie
Onteigening. Meerwaarde van het onteigende i.v.m. bijzondere geschiktheid voor doel waarvoor onteigend wordt; bepaling meerwaarde; taak onteigeningsrechter.
In geval van onteigening van een deel van een waterkerende dijk teneinde die dijk te verbeteren zal, bij het bepalen van de te vergoeden waarde, in beginsel slechts dan de meerwaarde wegens bijzondere geschiktheid van het onteigende voor het doel waarvoor onteigend wordt kunnen worden toegerekend, indien de dijkverbetering ter plaatse van het onteigende ten gevolge van een bijzondere eigenschap van het onteigende met aanwending van minder kosten kan worden gerealiseerd dan de dijkverbetering op dijkgedeelten in de omgeving van het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.