RvdW 2003, 126:Verzoek tenuitvoerlegging vreemd vonnis; art. 27 sub 2 EEX-Verdrag; motiveringsklacht uitleg buitenlands recht; gebrek aan belang. Grensoverschrijdende kennisgeving van stuk dat procedure inleidt; Haags Betekeningsverdrag; toezending rechtstreeks over de post; vereisten.

RvdW 2003, 126

Verzoek tenuitvoerlegging vreemd vonnis; art. 27 sub 2 EEX-Verdrag; motiveringsklacht uitleg buitenlands recht; gebrek aan belang. Grensoverschrijdende kennisgeving van stuk dat procedure inleidt; Haags Betekeningsverdrag; toezending rechtstreeks over de post; vereisten.

Documentgegevens:

HR 11-07-2003, ECLI:NL:PHR:2003:AF7674

Instantie: Hoge Raad
Datum: 11 juli 2003
Magistraten: P. Neleman, J.B. Fleers, H.A.M. Aaftink, A.M.J. van Buchem-Spapens, F.B. Bakels
Zaaknummer: C01/358HR
Conclusie: A-G Strikwerda
LJN: AF7674
Vakgebied(en): Internationaal privaatrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2003:AF7674, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑07‑2003
ECLI:NL:PHR:2003:AF7674, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑07‑2003
Wetingang: EEX-Verdrag art. 27; Haags Betekeningsverdrag art. 10

Essentie

Nu de Rechtbank met haar overweging dat (ook) de inleiding van de voortzetting van het geding na verwijzing door het Amtsgericht Geldern naar het Landgericht Kleve moet voldoen aan de norm gesteld in art. 27 EEX-Verdrag kennelijk tot uitdrukking heeft gebracht dat naar haar oordeel, ook indien naar Duits recht sprake is van één voortgezette procedure, de oproeping voor de voortzetting ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.