NJ 2003, 519:Ook naar het te dezen toepasselijke art. 1:159 lid 1 (oud) BWNA (inmiddels art. 1:88 BWNA, dat overeenstemt met art. 1:88 BW) geldt dat echtgenoten elkaars toestemming behoeven voor een overeenkomst die ertoe strekt zich als borg te verbinden en dat de bescherming van de niet-handelende echtgenoot — gezien de eisen van de rechtszekerheid — niet moet worden uitgebreid tot het geval dat de borgtocht vóór het huwelijk is aangegaan maar betrekking heeft op een na het huwelijk ontstane schuld.