NJ 2003, 517
Conservatoir derdenbeslag; betalingen door de derde bij niet-inachtneming termijn voor betekening executoriale titel
HR 09-05-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF4608
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 mei 2003
- Magistraten
P. Neleman, A.E.M. van der Putt-Lauwers, D.H. Beukenhorst, A. Hammerstein, P.C. Kop
- Zaaknummer
C01/261HR
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
AF4608
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AF4608, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑05‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AF4608, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑05‑2003
- Wetingang
Rv art. 722
Essentie
Conservatoir derdenbeslag; betalingen door de derde bij niet-inachtneming termijn voor betekening executoriale titel.
Niet-inachtneming van de in art. 722 Rv voorgeschreven termijn voor betekening van de executoriale titel ter zake van de hoofdvordering brengt mee dat na die termijn gedane betalingen van de derde beslagene ten opzichte van de beslaglegger als ‘van waarde’ moeten worden aangemerkt, maar vóór het verstrijken van die termijn gedane betalingen niet.
Samenvatting
Een beslaglegger legt conservatoir derdenbeslag. Tussen de beslaglegger en de derde beslagene ontstaat vervolgens een geschil over de vraag of twee betalingen van de derde beslagene aan de schuldenaar, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.