JOW 2005, 52
wederrechtelijk verkregen voordeel; teruggave
HR 26-11-2002, ECLI:NL:HR:2002:AE6595
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 november 2002
- Magistraten
Bleichrodt, Van Buchem-Spapens, Van Schendel
- Zaaknummer
231901B
- LJN
AE6595
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2002:AE6595, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑11‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AE6595, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑11‑2002
- Wetingang
Sv (oud) art. 116 lid 3
Essentie
wederrechtelijk verkregen voordeel; teruggave
Samenvatting
De wet kent wat betreft de beklagprocedure ex art. 522a Sv niet de mogelijkheid van een last tot teruggave van inbeslaggenomen voorwerpen aan een ander dan degene die een klaagschrift strekkende tot teruggave heeft ingediend. In het geval degene bij wie het voorwerp is inbeslaggenomen zich op de voet van art. 116 lid 3 (oud) Sv heeft beklaagd over het voornemen van het OM dat voorwerp te doen teruggeven aan degene die redelijkerwijs als rechthebbende kan worden aangemerkt en op dat klaagschrift wordt beslist dat het beklag ongegrond is, kan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.