NJ 2003, 385
CMR-vervoer; kwalificatie schade: verlies of vertraging? Ontvankelijkheid cassatieklacht; voorlopige beslissing in tussenarrest.
HR 04-10-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AE4359, m.nt. K.F. Haak (Van Zon/AIG)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
4 oktober 2002
- Magistraten
G.G. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, A.E.M. van der Putt-Lauwers, J.B. Fleers, A.G. Pos, A. Hammerstein
- Zaaknummer
C01/043HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- Noot
K.F. Haak
- LJN
AE4359
- Roepnaam
Van Zon/AIG
- JCDI
JCDI:ADS143147:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vervoersrecht (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AE4359, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑10‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AE4359, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 04‑10‑2002
- Wetingang
CMR art. 17 lid 1; CMR art. 19; CMR art. 20 lid 1; CMR art. 30 lid 3; CMR art. 32 lid 1; Rv art. 339
Essentie
CMR-vervoer; kwalificatie schade: verlies of vertraging? Ontvankelijkheid cassatieklacht; voorlopige beslissing in tussenarrest.
Uit de bepaling van art. 20 lid 1 CMR, ingevolge welke bepaling de rechthebbende op de goederen deze eerst als verloren kan beschouwen wanneer zij niet zijn afgeleverd binnen de in de bepaling bedoelde termijn, volgt dat in geval van diefstal geen sprake is van verlies maar van vertraging indien de goederen binnen de ingevolge art. 20 lid 1 CMR toepasselijke termijn alsnog worden afgeleverd. Waar 's Hofs overwegingen omtrent de vraag of thans verweerster in cassatie is gesubrogeerd in de vorderingsrechten van de geadresseerde geen voor cassatieberoep ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.