NJ 2003, 285
Onteigening. Wettelijke rente; voordeelstoerekening. Eindbeslissing in vonnis vervroegde uitspraak onteigening.
HR 12-07-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AE5578, m.nt. P.C.E. van Wijmen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 juli 2002
- Magistraten
E. Korthals Altes, P.J. van Amersfoort, J.W. van den Berge, J.C. van Oven, A.R. Leemreis
- Zaaknummer
1342
- Conclusie
A-G P.J. Wattel
- Noot
P.C.E. van Wijmen
- LJN
AE5578
- JCDI
JCDI:ADS113460:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Onteigeningsrecht / Onteigening
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AE5578, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AE5578, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 12‑07‑2002
- Wetingang
Essentie
Onteigening. Wettelijke rente; voordeelstoerekening. Eindbeslissing in vonnis vervroegde uitspraak onteigening.
Samenvatting
Op de in art. 55 lid 3 bedoelde aan de onteigende toekomende wettelijke rente mogen geen door de onteigende genoten voordelen, van welke aard ook, in mindering worden gebracht. Door de Oosterom toekomende in art. 55 lid 3 Onteigeningswet bedoelde wettelijke rente te compenseren met het door haar genoten voordeel dat zij reeds langere tijd om niet beschikt over de nog aan haar te leveren compensatiegronden, geeft de Rechtbank dan ook blijk van een onjuiste rechtsopvatting.
De bepaling in het dictum van het vonnis, waarbij de vervroegde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.