NJ 2003, 125
Arbeidsovereenkomst; ontslag op staande voet; afstand van beroep op nietigheid gevolgd door actie wegens onregelmatige en/of kennelijk onredelijke beëindiging arbeidsovereenkomst; gevolgen voor reeds gegeven rechterlijke beslissingen in ontbindingsprocedure en in procedure tot het verkrijgen van een voorlopige voorziening.
HR 07-06-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AE0645, m.nt. G.J.J. Heerma van Voss
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 juni 2002
- Magistraten
P. Neleman, J.B. Fleers, H.A.M. Aaftink, A.G. Pos, A. Hammerstein
- Zaaknummer
C00/222HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- Noot
G.J.J. Heerma van Voss
- LJN
AE0645
- JCDI
JCDI:ADS114519:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Sociale zekerheid algemeen / Bijzondere onderwerpen
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Arbeidsrecht / Bijzondere onderwerpen arbeidsrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AE0645, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑06‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AE0645, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑06‑2002
- Wetingang
BW art. 7:677; BW art. 7:678; BW art. 7:680; BW art. 7:681; BW art. 7:685; Rv (oud) art. 116; BBA 1945 art. 9
Essentie
Arbeidsovereenkomst; ontslag op staande voet; afstand van beroep op nietigheid gevolgd door actie wegens onregelmatige en/of kennelijk onredelijke beëindiging arbeidsovereenkomst; gevolgen voor reeds gegeven rechterlijke beslissingen in ontbindingsprocedure en in procedure tot het verkrijgen van een voorlopige voorziening.
Afstand door de werknemer van zijn beroep op nietigheid van het hem gegeven ontslag betekent dat de arbeidsovereenkomst door het ontslag is beëindigd en dat de werknemer geen aanspraak meer maakt op doorbetaling van loon, maar niet ook dat de werknemer daarmee de juistheid van de door de werkgever opgegeven dringende reden erkent. Dit een en ander brengt mee dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.