AB 2003, 226
‘Open systeem’ Invorderingswet 1990. Aansprakelijkheid vervreemder van aandelen in geldzakvennootschap met vervangingsreserves in geval van vervreemding vóór 1 juni 1990. Terugwerkende kracht art. 40?
HR 01-02-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AD5809, m.nt. F.J. van Ommeren
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 februari 2002
- Magistraten
Neleman, Van der Putt-Lauwers, Fleers, Aaftink, Kop, Langemeijer
- Zaaknummer
C00/066HR
- Noot
F.J. van Ommeren
- LJN
AD5809
- JCDI
JCDI:ADS864578:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Bestuursrecht algemeen (V)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AD5809, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑02‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AD5809, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑02‑2002
- Wetingang
BW (oud) art. 1401; BW art. 6:162; Inv.w 1990 art. 3 lid 2; Inv.w 1990 art. 40
Essentie
‘Open systeem’ Invorderingswet 1990. Aansprakelijkheid vervreemder van aandelen in geldzakvennootschap met vervangingsreserves in geval van vervreemding vóór 1 juni 1990. Terugwerkende kracht art. 40?
Samenvatting
Uit de geschiedenis van de totstandkoming van de Invorderingswet 1990 kan niet worden afgeleid dat de wetgever van oordeel was dat de norm inhoudende dat de houder van aandelen in een geldzakvennootschap met vervangingsreserves die aandelen niet behoort te vervreemden indien hij weet of behoort te weten dat die vennootschap vervolgens zal worden leeggehaald, zodat inning van nog verschuldigde vennootschapsbelasting onmogelijk wordt, in de jaren tachtig van de vorige eeuw ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.