NJ 2002, 26
Huur; hinder aan huurder toegebracht; verplichting verhuurder tot verschaffen rustig genot. Verrassingsbeslissing.
HR 07-12-2001, ECLI:NL:HR:2001:AD3935 (Wagenmakers/Van Bruggen)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 december 2001
- Magistraten
F.H.J. Mijnssen, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, C.H.M. Jansen, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop
- Zaaknummer
C00/010HR
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
AD3935
- Roepnaam
Wagenmakers/Van Bruggen
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Juridische beroepen / Rechter
Burgerlijk procesrecht (V)
Staatsrecht / Rechtspraak
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AD3935, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑12‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AD3935, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑12‑2001
- Wetingang
BW art. 7A:1586; RO art. 39
Essentie
Huur; hinder aan huurder toegebracht; verplichting verhuurder tot verschaffen rustig genot. Verrassingsbeslissing.
Een verhuurder is niet op grond van de voor hem uit art. 7A:1586, aanhef en onder 3°, BW voortvloeiende verplichting om de huurder het rustig genot van het gehuurde te verschaffen aansprakelijk voor de gevolgen van elke vorm van hinder aan de huurder toegebracht. Of hinder voor de huurder, die door de verhuurder is veroorzaakt of aan hem is toe te rekenen, als een tekortkoming van de verhuurder in de nakoming van genoemde verplichting moet worden beschouwd, hangt af van de aard, de ernst en de duur van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.