BIE 2003, 30
HR, 02-11-2001, nr. C00/003HR
HR 02-11-2001, ECLI:NL:PHR:2001:AB2770, m.nt. J. de Hullu
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 november 2001
- Magistraten
P. Neleman, A.E.M. van der Putt-Lauwers, H.A.M. Aaftink, A.G. Pos, Hammerstein
- Zaaknummer
C00/003HR
- Noot
J. de Hullu
- LJN
AB2770
- JCDI
JCDI:ADS878815:1
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2001:AB2770, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑11‑2001
ECLI:NL:PHR:2001:AB2770, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑11‑2001
- Wetingang
Row 1910 art. 30 lid 2
Essentie
British Telecommunications/Koninklijke KPN e.a. (nu octrooihouder niet heeft aangetoond dat het verschil maakt of de voorrangsdatum dan wel het tijdstip van de inbreuk als maatgevend moet worden beschouwd, leidt de rechtsklacht bij gebrek aan belang niet tot cassatie; Hof: de inrichtingen van Plumettaz vallen niet onder de beschermingsomvang van het octrooi van BT) (met noot J.d.H.).
Samenvatting
Art. 30, lid 2 Row (1910)
De octrooihouder heeft geen stelling aangevoerd waaruit zou kunnen volgen dat het voor de beantwoording van de aan de orde zijnde inbreukvragen verschil maakt of de voorrangsdatum danwel het tijdstip van de inbreuk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.