NJ 2005, 64
EEX. Materieel toepassingsgebied. Art. 1: uitleg begrippen ‘burgerlijke of handelszaken’ en ‘douanezaken’. Prejudiciële vragen.
HR 18-05-2001, ECLI:NL:PHR:2001:AB2011 (TIARD/Staat)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 mei 2001
- Magistraten
Mrs. F.H.J. Mijnssen, A.E.M. van der Putt-Lauwers, J.B. Fleers, H.A.M. Aaftink, O. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
C99/286HR
- LJN
AB2011
- Roepnaam
TIARD/Staat
- JCDI
JCDI:ADS157598:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Internationaal privaatrecht (V)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2001:AB2011, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑05‑2001
ECLI:NL:PHR:2001:AB2011, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑05‑2001
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑08‑1999
- Wetingang
Essentie
EEX. Materieel toepassingsgebied. Art. 1: uitleg begrippen ‘burgerlijke of handelszaken’ en ‘douanezaken’. Prejudiciële vragen.
Onder het verdragsautonoom uit te leggen begrip ‘burgerlijke of handelszaken’ in de zin van art. 1 EEX vallen niet geschillen tussen een overheidsinstantie en een particulier n.a.v. handelingen van die overheidsinstantie die naar hun aard niet door een particulier kunnen worden verricht. Hoge Raad stelt prejudiciële vragen aan HvJ EG m.b.t. uitleg begrippen ‘burgerlijke of handelszaken’ en ‘douanezaken’: 1) moet een vordering van de Staat die is ingesteld o.g.v. een privaatrechtelijke borgtochtovereenkomst die is gesloten ter vervulling van een door de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.