FJR 2001, 45
HR, 13-04-2001, nr. R00/092HR
HR 13-04-2001, ECLI:NL:PHR:2001:AB1009, m.nt. I.J. Pieters
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 april 2001
- Zaaknummer
R00/092HR
- Noot
I.J. Pieters
- LJN
AB1009
- JCDI
JCDI:ADS877703:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2001:AB1009, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑04‑2001
ECLI:NL:PHR:2001:AB1009, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 13‑04‑2001
Uitspraak
Inleiding:
In deze twee zaken ging het om een zogenaamde omgangsondertoezichtstelling, dat wil zeggen een ondertoezichtstelling met het uitsluitend doel om een omgangsregeling tot stand te brengen of te effectueren. De moeders die het cassatieberoep in beide zaken hadden ingesteld, werden niet ontvankelijk verklaard omdat de ondertoezichtstellingen in beide zaken waren afgelopen. De Hoge Raad ziet echter aanleiding in verband met het belang van de hier aan de orde zijnde rechtsvraag het navolgende te overwegen.
Hoge Raad: Het toepassen van de maatregel van ondertoezichtstelling betekent een inmenging in het gezinsleven van ouder(s) en kind. Deze maatregel is slechts ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.