RvdW 2001, 49
Alimentatie gewezen echtgenoten: rechtsgrond. Huwelijk kinderloos? Kosten juridische bijstand. Geding na verwijzing
HR 09-02-2001, ECLI:NL:PHR:2001:AA9900
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 februari 2001
- Magistraten
F.H.J. Mijnssen, R. Herrmann, J.B. Fleers, A. Hammerstein, P.C. Kop
- Zaaknummer
R99/216HR
- Conclusie
A-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
AA9900
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2001:AA9900, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑02‑2001
ECLI:NL:PHR:2001:AA9900, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑02‑2001
- Wetingang
BW art. 1:157; GW art. 121; Rv art. 56; Rv art. 59; Rv art. 424
Essentie
Alimentatie gewezen echtgenoten: rechtsgrond. Huwelijk kinderloos? Kosten juridische bijstand. Geding na verwijzing.
De onderhoudsverplichting tussen gewezen echtgenoten vindt haar rechtsgrond in de levensgemeenschap zoals die door het huwelijk is geschapen, welke gemeenschap in de onderhoudsplicht haar werking behoudt ook al wordt de huwelijksband geslaakt. Het hangt vervolgens van de concrete omstandigheden na de ontbinding van het huwelijk af of ten laste van de ene echtgenoot aan de andere daadwerkelijk een onderhoudsbijdrage moet worden toegekend. De opvatting dat een onderhoudsplicht slechts dan gerechtvaardigd is wanneer door de feitelijke inrichting van het huwelijk de verdiencapaciteit van de onderhoudsgerechtigde is verminderd, vindt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.