RvdW 2001, 41
Asbest. Aansprakelijkheid werkgever. Blootstelling aan asbeststof? Stelplicht en bewijslast: art. 177 Rv; redelijkheid en billijkheid.
HR 26-01-2001, ECLI:NL:PHR:2001:AA9666 (Weststrate/Koninklijke Schelde Groep)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 januari 2001
- Magistraten
F.H.J. Mijnssen, J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein, P.C. Kop
- Zaaknummer
C99/110HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
AA9666
- Roepnaam
Weststrate/Koninklijke Schelde Groep
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2001:AA9666, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑01‑2001
ECLI:NL:PHR:2001:AA9666, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑01‑2001
- Wetingang
BW art. 7A:1638x (oud); BW art. 7:658; Rv art. 177
Essentie
Asbest. Aansprakelijkheid werkgever. Blootstelling aan asbeststof? Stelplicht en bewijslast: art. 177 Rv.; redelijkheid en billijkheid.
Art. 7:658 BW betreft de schade die de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden lijdt en niet de schade die de werknemer heeft geleden maar waarvan niet vaststaat dat de werknemer haar in de uitoefening van zijn werkzaamheden heeft geleden. M.b.t de vraag of de werknemer aan asbeststof blootgesteld is geweest, geldt in beginsel de hoofdregel van art. 177 Rv dat de partij die zich op een bepaald rechtsgevolg beroept, (voldoende) feiten moet stellen en bewijzen waaruit dat gevolg kan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.