NJ 2001, 47
Wet BOPZ. Machtiging tot voortgezet verblijf; ingangsdatum vóór afloop voorafgaande (voorwaardelijke) machtiging?
HR 08-12-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA8892
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 december 2000
- Magistraten
P. Neleman, W.H. Heemskerk, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein, P.C. Kop
- Zaaknummer
R00/108HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
AA8892
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA8892, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑12‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA8892, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑12‑2000
- Wetingang
Essentie
Wet BOPZ. Machtiging tot voortgezet verblijf; ingangsdatum vóór afloop voorafgaande (voorwaardelijke) machtiging?
De omstandigheid dat aan de voorafgaande machtiging van een maand een voorwaardelijke machtiging van vier maanden is toegevoegd, staat niet eraan in de weg dat na afloop van die termijn van één maand een machtiging tot voortgezet verblijf wordt verleend omdat moet worden aangenomen dat deze machtiging inhoudt dat aan de voorwaardelijk verleende machtiging haar grondslag is komen te ontvallen nu aan deze voorwaardelijke machtiging de onjuist gebleken veronderstelling ten grondslag lag dat betrokkene het ziekenhuis zou kunnen verlaten.
Samenvatting
De Rechtbank heeft bij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.