RvdW 2000, 227
Arubaanse zaak. Dwangmiddelen in kader uitvoering rechtshulpverzoek; rechtmatigheid; toestemming; inbreuk recht op privacy en genot eigendom. Aanvulling feiten. Essentiële stelling. Geding na verwijzing.
HR 17-11-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA8361
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 november 2000
- Magistraten
P. Neleman, R. Herrmann, C.H.M. Jansen, J.B. Fleers, P.C. Kop
- Zaaknummer
R99/066HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
AA8361
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Staatsrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA8361, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑11‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA8361, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑11‑2000
- Wetingang
Essentie
Arubaanse zaak. Dwangmiddelen in kader uitvoering rechtshulpverzoek; rechtmatigheid; toestemming; inbreuk recht op privacy en genot eigendom. Aanvulling feiten. Essentiële stelling. Geding na verwijzing.
Gegeven de toestemming van betrokkene waren de huiszoeking en inbeslagneming niet onrechtmatig wegens ontbreken grondslag. Geen aanvulling feiten. Hof had in zijn beoordeling moeten betrekken de (essentiële) stelling dat het niet uitsluitend gaat om de vraag of de bewijsgegevens onrechtmatig zijn verkregen maar ook of de inbeslagnemingen inbreuk maakten op de grondrechten van betrokkene, in het bijzonder zijn recht op privacy en het genot van zijn eigendom. Na verwijzing had Hof opnieuw de grief moeten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.