NJ 2001, 647
Vaderschapsactie. Bevel DNA-onderzoek; vereisten; inbreuk lichamelijke integriteit.
HR 22-09-2000, ECLI:NL:HR:2000:AA7204, m.nt. J. de Boer
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 september 2000
- Magistraten
F.H.J. Mijnssen, W.H. Heemskerk, R. Herrmann, A. Hammerstein, P.C. Kop
- Zaaknummer
R99/165HR
- Conclusie
A-G Bakels
- Noot
J. de Boer
- LJN
AA7204
- JCDI
JCDI:ADS157956:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Personen- en familierecht / Afstamming en adoptie
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA7204, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑09‑2000
- Wetingang
BW art. 1:207; EVRM art. 6; EVRM art. 8; Rv (oud) art. 182; Rv (oud) art. 221; IVRK art. art. 7
Essentie
Vaderschapsactie. Bevel DNA-onderzoek; vereisten; inbreuk lichamelijke integriteit.
Voor het bevelen van een DNA-onderzoek is noodzakelijk en voldoende dat op grond van ten processe gebleken feiten en omstandigheden aannemelijk is dat de man de verwekker van het kind kan zijn. Op grond daarvan kan de rechter, aan wie het in beginsel vrijstaat een deskundigenonderzoek te bevelen, ook als het gaat om verkrijging van bewijs tegen de man, oordelen dat de inbreuk van een DNA-onderzoek op de lichamelijke integriteit van de man gerechtvaardigd is.
Samenvatting
De vrouw heeft aan de Rechtbank verzocht vast te stellen dat de man de vader ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.