RZA 2001, 11
HR, 26-05-2000, nr. C98/192HR: CZ/Schreurs
HR 26-05-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA5955 (CZ/Schreurs)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 mei 2000
- Magistraten
Roelvink, Neleman, Heemskerk, De Savornin Lohman, Hammerstein
- Zaaknummer
C98/192HR
- LJN
AA5955
- Roepnaam
CZ/Schreurs
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA5955, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑05‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA5955, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑05‑2000
- Wetingang
Essentie
Schadeberekening na onrechtmatige weigering medewerkersovereenkomst met fysiotherapeut. Weigering tot aangaan medewerkersovereenkomst voor 1 januari 1992 kan niet leiden tot verplichting een overeenkomst na 1 januari 1992 aan te gaan
Samenvatting
Bij de berekening van de schadevergoeding dient de schade te worden verminderd met de inkomsten die met fysiotherapeutische werkzaamheden elders zijn genoten.
Het geeft blijk van een onjuiste rechtsopvatting dat CZ wordt verplicht tot het sluiten van een aanvullende medewerkersovereenkomst voor 10 extra behandeluren fysiotherapie met ingang van de daartoe strekkende veroordeling. Ook indien CZ voor 1 januari 1992 ten onrechte geweigerd zou hebben de overeenkomst voor ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.