NJ 2000, 472
Formele rechtskracht onjuiste beschikking; aansprakelijkheid wegens onjuiste informatie? Onterechte weigering tot sluiten overeenkomst en nadien opgetreden contracteervrijheid.
HR 26-05-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA5955, m.nt. A.R. Bloembergen (CZ/Schreurs)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 mei 2000
- Magistraten
H.L.J. Roelvink, P. Neleman, W.H. Heemskerk, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein
- Zaaknummer
C98/192HR
- Conclusie
A-G Spier
- Noot
A.R. Bloembergen
- LJN
AA5955
- Roepnaam
CZ/Schreurs
- JCDI
JCDI:ADS114796:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Bestuursrecht algemeen (V)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA5955, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑05‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA5955, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑05‑2000
- Wetingang
BW art. 6:162
Essentie
Formele rechtskracht onjuiste beschikking; aansprakelijkheid wegens onjuiste informatie? Onterechte weigering tot sluiten overeenkomst en nadien opgetreden contracteervrijheid.
Ook indien het Ziekenfonds ten onrechte geweigerd zou hebben eerder met de fysiotherapeute een medewerkersovereenkomst voor 10 extra uren aan te gaan, kan zulks na 1 januari 1992 niet leiden tot een verplichting die overeenkomst alsnog aan te gaan, nu sedert deze datum geen contracteerplicht meer bestond. Het Hof heeft terecht geoordeeld dat bij gebreke van beroep tegen de eerste afwijzing, deze afwijzing formele rechtskracht heeft verkregen; het Ziekenfonds is niet nochtans jegens de fysiotherapeute aansprakelijk op de grond dat zij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.