NJ 2001, 407
Wet herstructurering Varkenshouderij. Kort geding; afstemming op reeds gewezen vonnis bodemrechter.
HR 19-05-2000, ECLI:NL:HR:2000:AA5870, m.nt. H.J. Snijders (Staat/NVV c.s.)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 mei 2000
- Magistraten
H.L.J. Roelvink, W.H. Heemskerk, C.H.M. Jansen, A.E.M. van der Putt-Lauwers, P.C. Kop, Bakels
- Zaaknummer
C99/228HR
- Conclusie
A-G Bakels
- Noot
H.J. Snijders
- LJN
AA5870
- Roepnaam
Staat/NVV c.s.
- JCDI
JCDI:ADS63892:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2000:AA5870, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑05‑2000
ECLI:NL:HR:2000:AA5870, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑05‑2000
- Wetingang
Essentie
Wet herstructurering Varkenshouderij. Kort geding; afstemming op reeds gewezen vonnis bodemrechter.
Indien de President in kort geding moet beslissen nadat de bodemrechter reeds een vonnis in de hoofdzaak heeft gewezen, dient de President zijn vonnis in beginsel af te stemmen op het oordeel van de bodemrechter zonder daarbij de kans van slagen van een tegen dat vonnis ingesteld rechtsmiddel te betrekken en ongeacht of dit oordeel is gegeven in een tussenvonnis of een eindvonnis, in de overwegingen of in het dictum. Onder omstandigheden kan plaats zijn voor een uitzondering op dit beginsel, bijvoorbeeld indien het vonnis van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.