RvdW 2000, 74
Ontvankelijkheid (incidenteel) appèl tegen einduitspraak in tussenvonnis.
HR 25-02-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA4941
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
25 februari 2000
- Magistraten
Mijnssen, Herrmann, De Savornin Lohman, Hammerstein, Kop
- Zaaknummer
C98/232HR
- Conclusie
A-G Bakels
- LJN
AA4941
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA4941, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑02‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA4941, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑02‑2000
- Wetingang
Rv art. 339
Essentie
Ontvankelijkheid (incidenteel) appèl tegen einduitspraak in tussenvonnis.
Incidenteel appèl tegen einduitspraak in tussenvonnis niet ontvankelijk want niet ingesteld in geding waarin tijdig hoger beroep tegen die uitspraak was ingesteld. Hoge Raad doet zaak zelf af.
Samenvatting
Hof heeft tussenvonnis rechtbank vernietigd. In cassatie wordt geklaagd dat Hof heeft miskend dat dit tussenvonnis een gedeeltelijk eindvonnis was en in zoverre reeds in kracht van gewijsde was gegaan.
De klacht dat het hof heeft miskend dat het tussenvonnis van 23 november 1994 een einduitspraak was voorzover de rechtbank daarin in het dictum de gevorderde verklaring voor recht heeft toegewezen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.