RvdW 2000, 3
Alimentatie. Art. 1:160 BW: maatstaf; hoge motiveringseisen; redelijkheid en billijkheid
HR 17-12-1999, ECLI:NL:PHR:1999:AA3884
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 december 1999
- Magistraten
Roelvink, Herrmann, Jansen, Fleers, Hammerstein
- Zaaknummer
R99/080HR
- Conclusie
A-G Langemeijer)
- LJN
AA3884
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA3884, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑12‑1999
ECLI:NL:PHR:1999:AA3884, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑12‑1999
- Wetingang
BW art. 1:160
Essentie
Alimentatie. Art. 1:160 BW: maatstaf; hoge motiveringseisen; redelijkheid en billijkheid.
Indien — na weging van alle daarvoor in aanmerking komende omstandigheden — aangenomen wordt dat sprake is van een samenleven als bedoeld in art. 1:160 BW, is het gevolg daarvan dat van rechtswege een definitief einde komt aan de onderhoudsplicht van de gewezen echtgenoot. De bepaling kan niet buiten toepassing worden gelaten op grond van bijzondere omstandigheden die dit gevolg voor de alimentatiegerechtigde onredelijk doen zijn. Die omstandigheden kunnen slechts een rol spelen bij de beoordeling van de vraag of van een samenleven als hier bedoeld sprake is: aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.