NJ 1999, 398
Ongelijke behandeling man/vrouw / pensioenaanspraken / gelijke of gelijkwaardige arbeid / rechtstreekse werking 119 EG-Verdrag
HR 06-11-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZC2770, m.nt. T. Koopmans
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 november 1998
- Magistraten
Roelvink, Korthals Altes, Heemskerk, Herrmann, Van der Putt-Lauwers
- Zaaknummer
16690
C97/169HR
- Conclusie
A-G Mok
- Noot
T. Koopmans
- LJN
ZC2770
- JCDI
JCDI:ADS142641:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
EU-recht (V)
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZC2770, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 06‑11‑1998
- Wetingang
EG-Verdrag art. 119; Rv (oud) art. 420
Essentie
Ongelijke behandeling man/vrouw. Pensioenaanspraken. Gelijke of gelijkwaardige arbeid. Rechtstreekse werking art. 119 EG-Verdrag.
Ongelijke behandeling man/vrouw bij de KLM. Blijkens het arrest van het HvJEG van 8 april 1976 in de zaak Defrenne kan op de rechtstreekse werking van art. 119 EG-Verdrag geen beroep worden gedaan ter staving van loonaanspraken voorafgaand aan de dag waarop dit arrest is uitgesproken. Voor pensioensaanspraken is door HvJEG 17 mei 1990 (Barber) een verdere beperking in de tijd aangebracht, doch deze beperking geldt evenwel niet voor het recht op aansluiting bij een bedrijfspensioenregeling (HvJEG 29 september 1994 (zaak Vroege en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.