NJ 1997, 36
Wet BOPZ / door waarnemend geneesheer-directeur, tevens behandelend arts, ondertekende geneeskundige verklaring
HR 31-05-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2094, m.nt. J. de Boer
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
31 mei 1996
- Magistraten
Martens, Mijnssen, Neleman, Heemskerk, Herrmann, Asser
- Zaaknummer
8822
- Noot
J. de Boer
- LJN
ZC2094
- JCDI
JCDI:ADS143031:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZC2094, Uitspraak, Hoge Raad, 31‑05‑1996
- Wetingang
Essentie
Wet BOPZ. Door waarnemend geneesheer-directeur, tevens behandelend arts, ondertekende geneeskundige verklaring.
Samenvatting
Ten aanzien van de geneesheer-directeur geldt, anders dan ten aanzien van de psychiater waarop art. 5 lid 1, eerste volzin, eerste gedeelte, het oog heeft, niet de eis dat hij niet bij de behandeling van de patiënt was betrokken. Bovendien berusten de geneeskundige verklaringen die de geneesheren-directeur afgeven, in de regel op de waarnemingen en beoordelingen van de behandelende psychiaters en mogen die psychiaters de verklaring ook zelf opstellen mits de geneesheer-directeur de verklaring ondertekent (HR 1 juli 1994, NJ 1994, 723).
Dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.