NJ 1995, 307
Nietigheid cassatiedagvaarding wegens onbevoegdheid deurwaarder/in zaken waarin de ontvanger optreedt uitsluitend belastingdeurwaarder bevoegd
HR 24-02-1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1646 (Ontvanger/El Bouzaidi)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 februari 1995
- Magistraten
Royer, Mijnssen, Korthals Altes, Heemskerk, Swens-Donner, Asser
- Zaaknummer
15846A
15846B
- LJN
ZC1646
- Roepnaam
Ontvanger/El Bouzaidi
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:ZC1646, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑02‑1995
- Wetingang
Rv (oud) art. 95; Inv.w 1990 art. 4
Essentie
Nietigheid cassatiedagvaarding wegens onbevoegdheid deurwaarder. In zaken waarin de ontvanger optreedt uitsluitend belastingdeurwaarder bevoegd.
Samenvatting
Art. 4 Invorderingswet 1990 kent de belastingdeurwaarder een exclusieve bevoegdheid toe tot het verrichten van de in deze bepaling bedoelde werkzaamheden, voor zover die werkzaamheden geschieden in opdracht van de ontvanger. Zoals voortvloeit uit HR 10 jan. 1992, NJ 1992, 744 is de belastingdeurwaarder in alle gevallen waarin de ontvanger zelfstandig eisend of verwerend in rechte optreedt, bij uitsluiting bevoegd tot het in opdracht van de ontvanger verrichten van deurwaarderswerkzaamheden, waaronder het in diens opdracht uitbrengen van dagvaardingen en andere exploiten, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.