NJ 1993, 573
Collectieve actie; ontvankelijkheid producenten van beeld- en geluidsdragers in actie wegens ‘piraterij’ en ‘bootlegging’; wijziging (verandering) van eis; hoedanigheid eiser (m.nt. DWFV)
HR 02-04-1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC0919, m.nt. D.W.F. Verkade
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 april 1993
- Magistraten
Martens, Roelvink, Mijnssen, Davids, Korthals Altes, Mok
- Zaaknummer
14936
- Noot
D.W.F. Verkade
- LJN
ZC0919
- JCDI
JCDI:ADS156575:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Intellectuele-eigendomsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:ZC0919, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑04‑1993
- Wetingang
BW art. 1401 (oud); BW art. 6:162; BW art. 6:163; Rv (oud) art. 134; Rv (oud) art. 285
Essentie
Collectieve actie; ontvankelijkheid producenten van beeld- en geluidsdragers (NVPI) in actie wegens ‘piraterij’ en ‘bootlegging’; 1401 (oud)/6:162 BW-belang. Wijziging (verandering) van eis; hoedanigheid eiser.
Samenvatting
De belangen waarom het te dezen direct gaat, behoren tot de soort die valt onder de bescherming welke art. 1401 BW (oud) bedoelde en art. 6:162 BW bedoelt te beschermen: ‘piraterij’ en ‘bootlegging’ zijn in beginsel onrechtmatig zowel tegenover producenten als tegenover degenen die aan deze producenten reproduktie- en distributierechten ontlenen. Het betreft hier belangen welke door individuele rechtsvorderingen moeilijk afdoende kunnen worden beschermd tegen aantasting als die welke hier aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.