RvdW 1991, 220
HR, 11-10-1991, nr. 14576
HR 11-10-1991, ECLI:NL:HR:1991:ZC0365
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 oktober 1991
- Magistraten
Snijders, Bloembergen, Roelvink, Davids, Heemskerk
- Zaaknummer
14576
- LJN
ZC0365
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Gemeenschap
Vermogensrecht (V)
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Erfrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1991:ZC0365, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑10‑1991
- Wetingang
BW art. 628 (oud); BW art. 3:172; BW art. 3:184
Essentie
Gemeenschap: mede-eigendom; scheiding en deling. ‘Ten behoeve van de gemeenschap verrichtte handelingen’.
Samenvatting
In overeenstemming met art. 3:172 en 184 (huidig) BW en ook naar oud recht zijn in het geval van een gemeenschap — ook van een eenvoudige — de deelgenoten gehouden naar evenredigheid van hun aandelen bij te dragen tot de uitgaven die voortvloeien uit handelingen welke bevoegdelijk ten behoeve van de gemeenschap zijn verricht en kan bij een verdeling van de gemeenschap ieder der deelgenoten verlangen dat op het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.