HR, 16-03-1990, nr. 7703: Bredius

Documentgegevens:

HR 16-03-1990, ECLI:NL:PHR:1990:AD1057, m.nt. J.C. Schultsz (Bredius)

Instantie: Hoge Raad
Datum: 16 maart 1990
Magistraten: Martens, Bloembergen, Haak, Boekman, Davids, Strikwerda
Zaaknummer: 7703
Noot: J.C. Schultsz
LJN: AD1057
Roepnaam: Bredius
JCDI: JCDI:ADS142931:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Internationaal privaatrecht (V)
Erfrecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1990:AD1057, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑03‑1990
ECLI:NL:PHR:1990:AD1057, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑03‑1990
Wetingang: Wet ABart. 1; Wet ABart. 2; Wet ABart. 3; Wet ABart. 4; Wet ABart. 5; Wet ABart. 6; Wet ABart. 7; Wet ABart. 8; Wet ABart. 9; Wet ABart. 10; Wet ABart. 11; Wet ABart. 12; Wet ABart. 13; Wet ABart. 14; Museumwet art. 1

Essentie

Collectie Brediusmuseum Den Haag. Verzoek o.g.v. Museumwet tot wijziging aan legaat verbonden last. Internationaal privaatrecht: toepasselijkheid deze wet op buitenlands legaat.

Samenvatting

Dat op de nalatenschap van de erflater in beginsel het erfrecht van Monaco van toepassing is, verhindert niet op het onderwerpelijke legaat de Museumwet van toepassing te oordelen. Bij het mogelijk maken van een wijziging van het beding in het legaat is het Nederlands openbaar belang onmiddellijk en nauw betrokken. De HR willigt het verzoek tot wijziging van de last in.

Voorgaande uitspraak

De gem. 's-Gravenhage, te 's-Gravenhage, verzoekster tot cassatie, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.