NJ 1979, 540
HR, 16-03-1979, nr. 11367
HR 16-03-1979, ECLI:NL:PHR:1979:AC6515, m.nt. J.C. Schultsz
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 maart 1979
- Magistraten
Dubbink, Minkenhof, Drion, Snijders, Haardt
- Zaaknummer
11367
- Noot
J.C. Schultsz
- LJN
AC6515
- JCDI
JCDI:ADS118302:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vervoersrecht (V)
Internationaal privaatrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1979:AC6515, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑03‑1979
ECLI:NL:PHR:1979:AC6515, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑03‑1979
- Wetingang
Aanvaringsverdrag Brussel 1910 art. 7; K art. 747
Essentie
Aanvaring op volle zee tussen een Brits schip en een Nederlandse mijnenveger, waarbij alleen deze laatste werd beschadigd.
1. Welk recht toepasselijk op vordering van de Staat tot schadevergoeding?
2. Vraag of deze vordering door verloop van twee jaren is verjaard krachtens art. 747K.
Samenvatting
Op 17 sept. 1971 vond in volle zee een aanvaring plaats tussen het Britse motorschip ‘Free Enterprise V’, toebehorende aan eiseres tot cassatie (Townsend) en de aan de Nederlandse Staat toebehorende mijnenveger ‘Brielle’, waardoor alleen het veegtuig van de ‘Brielle’ werd beschadigd. In de onderhavige procedure vordert de Staat vergoeding van deze schade. Townsend ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.