NJ 2007, 15:Vervoersrecht; reisbevrachting; kapiteinscognossement. Bevrachter is feitelijk niet aan te merken als (laatste) vervoerder in keten van exploitatieovereenkomsten.

NJ 2007, 15

Vervoersrecht; reisbevrachting; kapiteinscognossement. Bevrachter is feitelijk niet aan te merken als (laatste) vervoerder in keten van exploitatieovereenkomsten.

Documentgegevens:

Hof Amsterdam 12-10-2006, ECLI:NL:GHAMS:2006:AZ5779

Instantie: Hof Amsterdam
Datum: 12 oktober 2006
Magistraten: Mrs. J.M.J. Chorus, L.C. Heuveling van Beek, B. Sluijters
Zaaknummer: 1176/05
LJN: AZ5779
Vakgebied(en): Vervoersrecht / Zeevervoer
Brondocumenten: ECLI:NL:GHAMS:2006:AZ5779, Uitspraak, Hof Amsterdam, 12‑10‑2006
Wetingang: BW art. 8:461 lid 2

Essentie

Vervoersrecht; reisbevrachting; kapiteinscognossement.

Bevrachter is feitelijk niet aan te merken als (laatste) vervoerder in keten van exploitatieovereenkomsten.

Samenvatting

Vervolg op HR 15 februari 2002, NJ 2002, 479 (Roermond) m.nt. prof. mr. K.F. Haak.

1

Carribean Rice heeft als bevrachter overeenkomst van reisbevrachting gesloten voor vervoer van Curaçao naar Rotterdam van door haar aan Müller's Mühle verkochte partij rijst. Voor dit vervoer is kapiteinscognossement afgegeven, waarin Aranti als ‘shipper’ is genoemd. Na aankomst in Rotterdam bleek de lading te zijn beschadigd, op grond waarvan schadevergoeding is gevorderd. De rechtbank heeft de vordering afgewezen, welk vonnis door het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.