RFR 2005, 50
Huwelijksvermogensrecht. Heeft de man, die gerechtigd is tot de helft van een door echtscheiding ontbonden huwelijksgoederengemeenschap, tot deze gemeenschap behorende goederen verzwegen en aldus verbeurd?
Hof Amsterdam 09-09-2004, ECLI:NL:GHAMS:2004:AS3960
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
9 september 2004
- Magistraten
Mrs. L.H.A.M. Voncken, G.J. Driessen-Poortvliet, A.M.L. Broekhuijsen-Molenaar
- Zaaknummer
978/00
- LJN
AS3960
- JCDI
JCDI:ADS871364:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Goederenrecht / Gemeenschap
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Erfrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:2004:AS3960, Uitspraak, Hof Amsterdam, 09‑09‑2004
- Wetingang
Essentie
Heeft de man, die gerechtigd is tot de helft van een door echtscheiding ontbonden huwelijksgoederengemeenschap, tot deze gemeenschap behorende goederen verzwegen en aldus verbeurd?
Samenvatting
Partijen, die op 18 mei 1961 in gemeenschap van goederen zijn gehuwd, zijn op 4 april 1996 gescheiden. De rechtbank heeft de verdeling van de ontbonden gemeenschap vastgesteld. In hoger beroep gaat het om de notariskosten en de besteding van gelden die zijn ontvangen door de verkoop van twee huizen en uit drie erfenissen. De vrouw vordert in hoger beroep de verdeling in twee gelijke delen te gelasten van de per 4 april ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.