Hof Amsterdam (OK), 28-12-2006, nr. 1824/2006OK
ECLI:NL:GHAMS:2006:AZ5403
- Instantie
Hof Amsterdam (OK)
- Datum
28-12-2006
- Zaaknummer
1824/2006OK
- LJN
AZ5403
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht (V)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:GHAMS:2006:AZ5403, Uitspraak, Hof Amsterdam, 28‑12‑2006; (Eerste aanleg - meervoudig)
- Wetingang
art. 349a Burgerlijk Wetboek Boek 2
- Vindplaatsen
JRV 2007, 77
JIN 2007/117
Uitspraak 28‑12‑2006
Inhoudsindicatie
De Ondernemingskamer heeft op donderdag 28 december 2006 uitspraak gedaan op het verzoek van de heren Frijters en Kemp tot het instellen van een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Koninklijke Begemann Groep N.V. en tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen. De Ondernemingskamer heeft de onmiddellijke voorzieningen toegewezen en een bestuurder en commissaris benoemd, het verzoek tot het bevelen van een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken zal worden behandeld ter een nader te bepalen terechtzitting van de Ondernemingskamer.
GERECHTSHOF TE AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
BESCHIKKING van 28 december 2006 in de zaak met rekestnummer 1824/2006 OK van
1. WALTER WILHELMUS MARIA FRIJTERS,
wonende te Alphen (Noord-Brabant),
2. JACOBUS ANTONIUS KEMP,
wonende te Maarssen,
VERZOEKERS,
advocaten: MR. J.H. LEMSTRA en MR. V.M. NEERING,
procureur: MR. L.P. BROEKVELDT,
t e g e n
de naamloze vennootschap
KONINKLIJKE BEGEMANN GROEP N.V.,
gevestigd te Breda,
VERWEERSTER,
advocaten: MR. P. BAVELAAR en MR. A.M. ZOER,
procureur: MR. P. BAVELAAR
e n t e g e n
de rechtspersoon naar Belgisch recht
SIVEX AGRO N.V.,
gevestigd te Liedekerke (België),
BELANGHEBBENDE,
advocaat en procureur: MR. M.W. JOSEPHUS JITTA.
1. Het verloop van het geding
1.1 Verzoekers hebben bij op 11 december 2006 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verzoekschrift met producties de Ondernemingskamer verzocht - zakelijk weergegeven en wat de onmiddellijke voorzieningen betreft bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad, -
1) een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Koninklijke Begemann Groep N.V. (hierna Begemann te noemen) met betrekking tot, kort gezegd, (i) de informatievoorziening in de jaarrekeningen over 2001 tot en met 2005, (ii) de samenstelling en benoeming van de (leden van de) raad van bestuur en de raad van commissarissen in de periode vanaf 8 juni 2004, (iii) het aangaan van bepaalde transacties in de periode vanaf 14 oktober 2005, (iv) de communicatie met de aandeelhouders in de periode vanaf 14 oktober 2005 en (v) de voorbereiding en besluitvorming betreffende de (mogelijke) verwerving van (een belang van 49% in) Commodore Gaming Holding B.V. (hierna Commodore B.V. te noemen) door Begemann;
2) bij wijze van onmiddellijke voorzieningen voor de duur van het geding
a) een door de Ondernemingskamer aan te wijzen persoon te benoemen tot bestuurder van Begemann aan wie - voor zoveel nodig in afwijking en aanvulling op de statuten - in alle gevallen waarin de wet of de statuten van Begemann enige bevoegdheid toekennen aan het bestuur, bij uitsluiting de bevoegdheid toekomt om beslissingen te nemen over en om Begemann te vertegenwoordigen in ieder overleg en bij iedere rechtshandeling met betrekking tot het vervreemden en verwerven van activa, waaronder begrepen deelnemingen, en het aantasten van ongeldige besluiten en rechtshandelingen die zijn genomen of aangegaan in de periode vanaf 14 oktober 2005 tot en met de dag van het einde van het geding;
b) te bepalen dat het salaris en de kosten van deze bestuurder ten laste van Begemann komen en dat Begemann voor de betaling daarvan ten genoege van de benoemde bestuurder zekerheid dient te stellen;
c) te bepalen dat de door de Ondernemingskamer benoemde bestuurder het tot zijn taak mag rekenen te bewerkstelligen dat de aandeelhouders van Begemann volledig inzicht krijgen in de financiële staat en de voortgang van de vereffening van de vennootschap;
d) een door de Ondernemingskamer aan te wijzen persoon te benoemen tot commissaris van Begemann aan wie - voor zoveel nodig in afwijking van en aanvulling op de statuten - in alle gevallen waarin de wet of de statuten van Begemann enige bevoegdheid toekennen aan de raad van commissarissen, bij uitsluiting de bevoegdheid toekomt om beslissingen te nemen over en om Begemann te vertegenwoordigen in ieder overleg en bij iedere rechtshandeling met betrekking tot het vervreemden en verwerven van activa, waaronder begrepen deelnemingen, en het aantasten van ongeldige besluiten en rechtshandelingen die zijn genomen of aangegaan in de periode vanaf 14 oktober 2005 tot en met de dag van het einde van het geding;
e) te bepalen dat het salaris en de kosten van deze commissaris ten laste van Begemann komen en dat Begemann voor de betaling daarvan ten genoegen van de benoemde commissaris zekerheid dient te stellen;
f) zodanig onmiddellijke voorzieningen te treffen als de Ondernemingskamer in goede justitie meent te behoren;
3) Begemann te veroordelen in de kosten van het geding.
1.4 Het verzoek is voorzover het strekt tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen behandeld ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 14 december 2006, alwaar de advocaten de standpunten van partijen nader hebben toegelicht, wat mr. Lemstra en mr. Bavelaar en mr. Zoer betreft aan de hand van aan de Ondernemingskamer overgelegde pleitnotities en onder overlegging van - op voorhand aan de Ondernemingskamer en aan de wederpartij gezonden - producties.
1.5 Begemann heeft bij die gelegenheid de Ondernemingskamer verzocht - zakelijk weergeven - verzoekers in hun verzoek tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen niet ontvankelijk te verklaren althans het verzoek af te wijzen. Sivex Agro N.V. (hierna Sivex te noemen) heeft zich bij die gelegenheid gerefereerd aan het oordeel van de Ondernemingskamer.
2. De vaststaande feiten
Korte voorgeschiedenis
2.1 Begemann, die in het verleden een industriële onderneming in stand hield, kan thans worden gekwalificeerd als een beleggingsvennootschap. De aandelen A in Begemann zijn genoteerd aan de effectenbeurs van Euronext Amsterdam N.V. Van het totale aantal uitstaande aandelen A in Begemann wordt bijna 80% gehouden door Sivex, een te Liedekerke, België, gevestigde naamloze vennootschap naar Belgisch recht waarin R.A.M.A. van Waeyenberge, C.B.C.M. van Waeyenberge en P.L.M.F. van Waeyenberge ieder voor één derde deel aandeelhouder zijn.
2.2 Sivex heeft haar 80% belang in Begemann verworven in het kader van een op 1 december 2005 uitgebracht en op 19 januari 2006 gestand gedaan openbaar bod op alle aandelen A in het kapitaal van Begemann. Bij persbericht van 14 oktober 2005 hadden J.M.F. van Waeyenberge, de bestuurder van Sivex (hierna Van Waeyenberge te noemen), en Begemann reeds gezamenlijk bekend gemaakt dat de verwachting gerechtvaardigd was dat overeenstemming bereikt zou worden over het uit te brengen openbare bod.
2.3 Verzoekers houden gezamenlijk ruim 416.000 aandelen A met een nominale waarde van ? 6 (ofwel circa 2%) in Begemann. Zij zijn, evenmin als de overige houders van aandelen A met wie zij thans tezamen een belang van ruim 20% houden (de minderheidsaandeelhouders), op het openbare bod ingegaan.
2.4 Blijkens het op 1 december 2005 door Sivex en Begemann uitgegeven biedingsbericht ter zake van het openbare bod (hierna het Biedingsbericht te noemen) bestond het actief van Begemann nog vrijwel uitsluitend uit haar belang in Tulip Computers N.V. (hierna Tulip te noemen), indertijd 180.774.848 aandelen en 17.700.000 warrants die elk recht geven op de verkrijging van één aandeel in Tulip tegen een uitgiftekoers van ? 0,22 en die uitoefenbaar zijn uiterlijk op 31 december 2008. Aldus hield Begemann (vóór de uitoefening van de warrants) ongeveer 60% van het kapitaal van Tulip. De rationale van het openbare bod gaf, naar volgt uit het biedingsbericht:
Begemann de mogelijkheid de strategie, zoals zij die in haar jaarverslag over 2004 verwoordt, op korte termijn en op overzichtelijke wijze te verwezenlijken. Deze strategie is volgens het jaarverslag 2004 gericht op het zo spoedig mogelijk bereiken van een voor de Aandeelhouders A acceptabele "exit-regeling". Reeds in 2000 is besloten om over te gaan tot een gecontroleerde verkoop van de activa van Begemann, waarbij de bestaande participaties zullen worden afgestoten, de overige activa te gelde zullen worden gemaakt en aldus vrijgekomen middelen op termijn aan de Aandeelhouders A zullen worden uitgekeerd.
2.5 De biedprijs voor de onder het bod aangemelde aandelen A in Begemann bedroeg per aandeel A (indertijd met een nominale waarde van ? 14 elk) een bedrag in contanten van ? 1 en 18 aandelen in Tulip. De betaling van de 18 aandelen in Tulip is gebeurd met 79.076.106 aandelen in Tulip die werden gehouden door Begemann en die door Sivex zijn gekocht tegen een koopprijs van ? 0,19 per aandeel. Sivex is de koopprijs van in totaal circa ? 15 miljoen aan Begemann schuldig gebleven. Sivex heeft terzake een bankgarantie ten behoeve van Begemann gesteld; zij is over de niet betaalde koopprijs aan Begemann een rente verschuldigd van ongeveer 3,4% (het rentepercentage van Euribor vermeerderd met 100 basispunten).
2.6 Sivex hield, voordat zij het openbare bod op de aandelen A van Begemann uitbracht, ongeveer 6% van de aandelen in Tulip. Per 30 januari 2006 bedroeg haar totale directe belang in Tulip circa 32% en haar indirecte belang (door tussenkomst van Begemann) circa 27%.
Samenstelling bestuur en raad van commissarissen Begemann
2.7 In de algemene vergadering van aandeelhouders van Begemann van 16 december 2005 is - onder de opschortende voorwaarde van gestanddoening van het openbare bod - H.C.C. Alkemade (hierna Alkemade te noemen) per 19 januari 2006 benoemd tot bestuurder van Begemann. Per dezelfde datum is de (tijdelijke) bestuurder, T.E. Westerterp, als zodanig afgetreden. Op 19 januari 2006 zijn voorts twee - onder dezelfde voorwaarde en per dezelfde datum in de voormelde algemene vergadering van aandeelhouders benoemde - nieuwe commissarissen van Begemann in functie getreden, te weten H.H. Jacobs (hierna Jacobs te noemen) en Van Waeyenberge, tegelijk met het terugtreden van de tijdelijke president-commissaris J.H.M. D'Elfant.
2.8 Op 15 februari 2006 heeft, mede op verzoek van verzoekers, een bijzondere algemene vergadering van aandeelhouders van Begemann plaatsgevonden waarin verzoekers onder meer hebben verzocht om Van Waeyenberge te doen vervangen door een 'onafhankelijke' (de Ondernemingskamer verstaat: niet aan Sivex gelieerde) commissaris. Aan het verzoek is geen gehoor gegeven.
2.9 Alkemade is op 11 mei 2006 met onmiddellijke ingang en wegens "hem moverende redenen" als bestuurder van Begemann afgetreden. Artikel 15 lid 6 van de statuten van Begemann bepaalt dat, bij belet of ontstentenis van de bestuurder(s), het bestuur tijdelijk berust bij een of meer daartoe door de raad van commissarissen aan te wijzen personen. Bij persbericht van 12 mei 2006 heeft Begemann bekend gemaakt dat Jacobs terugtreedt als commissaris en tot aan de algemene vergadering van aandeelhouders van Begemann als tijdelijk bestuurder zal functioneren, en dat daardoor de raad van commissarissen tijdelijk wordt teruggebracht tot één persoon, Van Waeyenberge.
2.10 In de bijzondere algemene vergaderingen van aandeelhouders van 7 april 2006 en 30 mei 2006 hebben verzoekers (opnieuw) vragen gesteld over de samenstelling van de raad van commissarissen. In de algemene vergadering van aandeelhouders van 30 augustus 2006 is geen nieuwe bestuurder voorgedragen en is evenmin de benoeming van een nieuwe bestuurder aan de orde geweest.
2.11 In een persbericht van 7 september 2006 heeft Begemann vervolgens bekend gemaakt dat de raad van commissarissen heeft besloten dat J.R. van den Berg (hierna Van den Berg te noemen) tijdelijk de functie van bestuurder zal waarnemen, dat Jacobs opnieuw zijn functie van commissaris zal vervullen en dat Van Waeyenberge met onmiddellijke ingang als commissaris aftreedt. Van den Berg is de voormalige voorzitter van de raad van bestuur van Tulip; hij verricht thans werkzaamheden als adviseur van de raad van commissarissen van die vennootschap.
2.12 In de bijzondere algemene vergadering van aandeelhouders van 16 november 2006 hebben verzoekers bezwaar gemaakt tegen zowel het feit dat de benoeming van Van den Berg niet aan de algemene vergadering van aandeelhouders is voorgelegd als de keuze voor Van den Berg als bestuurder.
2.13 In het jaarverslag van Begemann over 2003 is onder het hoofd "Corporate Governance onder meer vermeld dat Begemann in het thans lopende boekjaar (2004) het bestaande corporate governance" beleid toetst aan de Nederlandse corporate governance code van 9 december 2003, dat zal worden bezien hoe de vennootschap invulling zal geven aan die code en dat zij in het jaarverslag over 2004 conform de Nederlandse corporate governance code zal rapporteren. Voorts is vermeld dat het voor Begemann als kleinere onderneming met beperkte activiteiten en de doelstelling haar participaties af te stoten en de overblijvende activa te gelde te maken, zeer waarschijnlijk is dat zij niet in staat zal zijn onderscheidenlijk het voor haar uit economisch oogpunt onwenselijk kan zijn om aan alle richtlijnen van de Nederlandse corporate governance code te voldoen.
2.14 In de jaarverslagen over 2004 en 2005 is ter zake van de corporate governance vermeld dat, gelet op de bijzondere positie waarin Begemann zich bevindt (zo spoedig mogelijk te gelde maken van alle activa en uitkering aan de aandeelhouders) het niet noodzakelijk lijkt in het jaarverslag een uitvoerig hoofdstuk op te nemen over toekomstige corporate governance van de vennootschap.
Bijzondere algemene vergadering van aandeelhouders van 7 april 2006
2.15 In de bijzondere algemene vergadering van aandeelhouders van 7 april 2006 is namens Begemann een toelichting gegeven op de in een persbericht van 15 maart 2006 bekendgemaakte schikking met Bresser Management N.V. (hierna Bresser te noemen) en de in een persbericht van 23 maart 2006 bekendgemaakte verkoop van 20 miljoen aandelen Tulip op 15 maart 2006. De zogenoemde Bresser-claim is op 10 maart 2006 "tegen een niet nader te noemen bedrag" geschikt; het bedrag van de schikking moest op 15 maart 2006 door Begemann aan Bresser betaald worden. In dit verband is ter vergadering door Begemann verklaard dat de vordering van Begemann op Sivex van (naar in de notulen van die vergadering is vermeld:) ? 15,4 miljoen gedurende vijf jaren niet (direct) opeisbaar is, dat de afspraak is dat Begemann uitsluitend bij een (acute) liquiditeitsbehoefte een beroep op de door Sivex gestelde bankgarantie kan doen, dat bij een bank geen lening of kredietovereenkomst kon worden verkregen omdat Begemann "niet bekend staat om haar kredietwaardigheid", dat de bankgarantie van Sivex niet als onderpand kon dienen omdat zij niet overdraagbaar is zonder toestemming van (onder andere(n)) Sivex en dat daarom, in verband met de schikking met Bresser, 5 miljoen aandelen in Tulip zijn verkocht.
2.16 Voorts is ter vergadering door het bestuur van Begemann in het kader van de in 2.4 bedoelde exit-strategie een voorstel tot kapitaalvermindering gedaan, waarbij de nominale waarde van de aandelen A met ? 6,61 zou worden verminderd. De terugbetaling zou deels in contanten (? 3,42 per aandeel A) en deels in natura (11 aandelen Tulip per aandeel A) worden gedaan. De waarde van een aandeel Tulip is daarbij (dus) bepaald op ? 0,29, zijnde de beurskoers per 21 maart 2006. Als - voor de aandeelhouders minder aantrekkelijke - alternatieven zijn genoemd (en door Begemann verworpen) de verkoop van alle aandelen Tulip (per 31 maart 2006 circa 79,7 miljoen aandelen) gevolgd door uitkering van alle liquiditeiten door Begemann aan de aandeelhouders, dan wel uitkering door Begemann van alle aandelen Tulip aan de aandeelhouders. Vooruitlopend op de besluitvorming omtrent de kapitaalvermindering heeft Begemann reeds 15 miljoen aandelen Tulip verkocht. Omdat, naar bleek uit de ter vergadering gedane peiling, "de minderheids-aandeelhouders in overwegende mate een voorkeur hebben voor de alternatieven voor het voorliggende voorstel", is het voorstel tot kapitaalvermindering niet in stemming gebracht.
2.17 Mitsdien zijn op 15 maart 2006 in totaal 20 miljoen aandelen Tulip verkocht, blijkens de notulen van de vergadering aan Ankor B.V. te Antwerpen (die daarvan een deel aan niet bekende partijen heeft doorverkocht), tegen een prijs van ? 0,25 per aandeel (hetgeen, bij een vigerende beurskoers van ongeveer ? 0,29, volgens Begemann "een redelijke discount" van "circa 5% à 10%" betekent) ofwel ? 5 miljoen in totaal, waarvan ? 3,5 miljoen bedoeld was om te worden gebruikt voor de kapitaalterugbetaling aan de minderheidsaandeelhouders.
2.18 Ter zake van de door Begemann gehouden warrants op aandelen Tulip is ter vergadering meegedeeld dat er twee mogelijkheden zijn, namelijk hetzij uitoefening, "maar daar is ? 3,5 miljoen voor nodig", hetzij verkoop, "maar er blijkt op de markt niet echt belangstelling voor te zijn" en dat is besloten om de warrants voorlopig te houden. Na een peiling wordt geconstateerd dat de meeste aanwezigen vóór uitkeren van de warrants zijn.
Bijzondere algemene vergadering van aandeelhouders van 30 mei 2006
2.19 In de bijzondere algemene vergadering van aandeelhouders van 30 mei 2006 is aan de aandeelhouders opnieuw een voorstel tot kapitaalvermindering voorgelegd, ditmaal tot een bedrag van ? 8 per aandeel A, waarbij aan de aandeelhouders de keuze is gelaten om de terugbetaling per aandeel A geheel in natura (20 aandelen Tulip), dan wel deels in contanten (? 3,60) en deels in natura (11 aandelen Tulip) te ontvangen. De waarde van een aandeel Tulip is daarbij (dus) bepaald op ? 0,40, zijnde de beurskoers per 12 mei 2006. Desgevraagd heeft het bestuur van Begemann medegedeeld:
Als alles goed gaat kan na kapitaalsvermindering het aandeel Begemann nog twee euro opleveren, gaat het alles slecht dan resteert slechts een euro per aandeel. (...) De netto waarde van Begemann is, volgens de voorlopige cijfers van 31 december (...), ca. 35 miljoen euro plus daarbij nog eens de 16 miljoen op de meerwaarde van Tulip-aandelen.
Het voorstel tot kapitaalvermindering is door de houders van de aandelen A goedgekeurd en door de algemene vergadering aangenomen, met onder meer de stemmen van verzoekers tégen. Na de desbetreffende statutenwijziging is in augustus 2006 aan de aandeelhouders A een bedrag van ruim ? 20 miljoen in contanten uitgekeerd, tezamen met bijna 62 miljoen aandelen Tulip.
2.20 Met betrekking tot de warrants op aandelen Tulip is namens Begemann opgemerkt dat daarop de beste meerwaarde kan worden gecreëerd door de warrants om te zetten in aandelen Tulip en deze vervolgens aan de aandeelhouders uit te keren.
2.21 De accountant van Begemann, KPMG Accountants N.V., heeft - blijkens de notulen van de vergadering van 30 mei 2006 - bij gelegenheid van de algemene vergadering van aandeelhouders van 16 december 2004 waarin de jaarrekening over 2004 werd behandeld, te kennen gegeven "geen verder mandaat bij [Begemann] te willen uitvoeren voor de controle en goedkeuring van de jaarrekening 2005". Het bestuur van Begemann heeft vervolgens voorgesteld FAG Accountants B.V. (hierna FAG te noemen) als nieuwe accountant te benoemen, welk voorstel door de vergadering is aangenomen.
Algemene vergadering van aandeelhouders van 30 augustus 2006
2.22 Blijkens de paragraaf "Verslag van de Raad van Bestuur" van het jaarverslag van Begemann over 2005 is in dat jaar een winst is behaald van ? 199.000 (tegenover een verlies in 2004 van ? 6,1 miljoen), welke winst met name te danken was aan de kleine winst op de participaties van ? 0,1 miljoen (tegenover een verlies van ? 6,2 miljoen in 2004), en bedroeg het eigen vermogen ultimo 2005 ? 34 miljoen. Voorts is in de genoemde paragraaf onder meer vermeld:
Per balansdatum zijn de participaties Begemann Belgium en SKBM opgenomen tegen directe opbrengstwaarde hetgeen voor 2005 geresulteerd heeft in een opwaardering van ca ? 1.5 miljoen.
2.23 In de jaarrekeningen van Begemann over de jaren 2002 tot en met 2004 waren de beide bovengenoemde deelnemingen niet vermeld; blijkens de jaarrekening 2001 bedroeg het eigen vermogen van SKBM N.V. per 31 december 2001 ? 888.000. Sinds 2002 heeft Begemann geen geconsolideerde jaarrekeningen meer gepubliceerd. In de algemene vergadering van aandeelhouders van 30 augustus 2006 is, bij gelegenheid van de behandeling van de jaarrekening over 2005, een en ander door het bestuur nader toegelicht in die zin, dat Begemann Belgium een inactieve vennootschap is met enkel circa ? 1,4 miljoen aan liquiditeiten onderscheidenlijk (een) vordering(en) op de Belastingdienst, dat de netto opbrengstwaarde van SKBM N.V. circa ? 124.000 bedraagt, dat altijd is gezegd dat "er in Begemann zaken zitten die onduidelijk waren" en dat "Begemann meer dan 30 vennootschappen [heeft] die inmiddels geïdentificeerd zijn". De jaarrekening over 2005 is door de algemene vergadering van aandeelhouders goedgekeurd en vastgesteld, met onder meer de stemmen van verzoekers tégen.
Transacties van Begemann met betrokkenheid van Sivex
2.24 Bij persbericht van 1 augustus 2006 heeft Tulip de overname van (een 98,5% belang in) Devil Computer Vertriebs GmbH, een in de Bondsrepubliek Duitsland gevestigde vennootschap, (hierna Devil te noemen) aangekondigd. Blijkens een daarover door een nieuwsbureau opgestelde publicatie bedroeg de omzet van Devil in 2005 circa ? 320 miljoen, haar resultaat circa ? 1,6 miljoen en haar eigen vermogen circa ? 5 miljoen. Blijkens die publicatie wil Tulip het overnamebedrag niet noemen. In de publicatie is voorts vermeld dat "ook de Belgische zakenman en bestuurslid van de KBC Bank, [Van Waeyenberge], zich met de overname heeft beziggehouden. 'Zijn contacten hebben heel erg geholpen bij het maken van deze deal. Dat geldt in ieder geval voor de financiering.' Van Waeyenberge bezit, via zijn beleggingsvehikel [Sivex], 14,82% van de aandelen Tulip. Daarnaast bezit de Belgische zakenman ook nog circa 79,9% van de aandelen [Begemann], die hij wil overnemen. Begemann heeft weer een belang van 24,6% in Tulip en beschikt tevens over 17,7 mln warrants".
2.25 Op 9 september 2006 heeft Begemann de door haar gehouden 17,7 miljoen warrants op aandelen Tulip aan Sivex verkocht tegen een prijs van ? 0,104 per stuk. De minderheidsaandeelhouders zijn tevoren niet geconsulteerd of geïnformeerd; zij noch derde partijen zijn in de gelegenheid gesteld een (concurrerend) bod op de warrants uit te brengen.
2.26 Bij persbericht van 11 september 2006 heeft Begemann bekend gemaakt dat zij in overleg is getreden met (een in Nederland gevestigde dochtervennootschap van) Commodore Corporation, Inc., gevestigd in de Verenigde Staten van Amerika (hierna Commodore Inc. te noemen), over de overname van een belang van 49% in het aandelenkapitaal van een van haar (klein)dochtervennootschappen, Commodore B.V. Commodore Inc. althans haar Nederlandse dochtervennootschap heeft te kennen gegeven dat zij een deel van de verkoopopbrengst van Commodore B.V. wenst aan te wenden voor de verwerving van een belang in Begemann en dat zij hierover met Sivex in overleg zal treden. Blijkens een op 1 december 2006 door Begemann uitgegeven persbericht wenst Commodore Inc. op deze wijze een beursnotering voor dit bedrijfsdeel van haar groep van vennootschappen te realiseren.
Bijzondere algemene vergadering van aandeelhouders van 16 november 2006
2.27 In de bijzondere algemene vergadering van aandeelhouders van 16 november 2006 is opnieuw besloten (met opnieuw de stemmen van verzoekers tégen) tot een kapitaalvermindering, en wel van ? 0,64 per aandeel, op basis van een uitkering in natura van 2 aandelen Tulip per aandeel A in het kapitaal van Begemann.
2.28 Blijkens de notulen van de vergadering is vervolgens aan de orde gekomen dat de 17,7 miljoen warrants op aandelen Tulip inmiddels aan Sivex waren verkocht, dat zowel juristen (Van Mens & Wisselink) als een bank (ING Bank N.V.) in "een second opinion op informele basis" hebben bevestigd dat de transactie zakelijk voorkomt en dat daarbij door Begemann een boekwinst is gemaakt van bijna ? 1,4 miljoen.
2.29 In het reeds in 2.26 vermelde persbericht van 1 december 2006 heeft Begemann vervolgens bekend gemaakt dat de verkoop van de warrants op 9 september 2006 is geschied en dat de verkoopprijs ? 0,104 per warrant bedroeg, bij een uitoefenprijs van ? 0,22 en een beurskoers van het aandeel Tulip van ? 0,334 in de periode 4 tot 8 september 2006 en ? 0, 32 op 29 november 2006. Voorts wordt vermeld dat de verkoop van de warrants geen wezenlijke invloed heeft op de eerder (in een persbericht van 30 mei 2006) uitgesproken verwachting dat de intrinsieke waarde van het aandeel Begemann tussen ? 1 en ? 2 zal bedragen.
2.30 In een schrijven van - eveneens - 1 december 2006 heeft voorts de bestuurder van Begemann, Van den Berg, aan F.A.M.J. Faas (hierna Faas te noemen) - in antwoord op diens (mede) namens verzoekers aan Begemann gezonden brief van 16 november 2006 - onder meer (opnieuw) bericht dat ter zake van de warrantstransactie is afgezien van het vragen van een formele fairness opinion gelet op de daaraan verbonden hoge kosten en dat op informele basis bevestiging is ontvangen dat de gehanteerde prijzen zakelijk onderscheidenlijk at arm's length zijn.
Laatste gang van zaken
2.31 Mede namens verzoekers heeft Faas bij brief van 17 november 2006 Begemann op de hoogte gesteld van de bezwaren van de minderheidsaandeelhouders tegen (de informatievoorziening rondom) het beleid en de gang van zaken van Begemann. Bij brief van 1 december 2006 heeft vervolgens de advocaat van verzoekers die bezwaren geëxpliciteerd en nader toegelicht.
2.32 Bij persbericht van 14 december 2006 heeft Tulip bekend gemaakt dat haar netto omzet in 2006 met name als gevolg van de overname van Devil - wier cijfers vanaf 1 juli 2006 zijn geconsolideerd - met ruim 450% zal groeien en aldus naar verwachting circa ? 208 miljoen zal bedragen. "Door de overname van (...) Devil heeft de groeiambitie van Tulip gestalte gekregen. (...) De doelstelling is, zoals gecommuniceerd in 2005, om binnen 3 jaar een omzetniveau via zowel autonome groei als doormiddel van acquisities van in totaal 400 à 500 mln te bereiken", aldus het persbericht, blijkens hetwelk de slotkoers van het aandeel Tulip per 13 december 2006 ? 0,36 bedroeg. Na bekendmaking van de cijfers op 14 december 2006 is de koers gestegen naar ? 0,39.
2.33 Het (aandelen)belang van Begemann in Tulip beloopt thans circa 6%.
3. De gronden van de beslissing
3.1 De bezwaren van verzoekers tegen het beleid en de gang van zaken van Begemann betreffen, naar de eigen weergave van verzoekers, drie onderwerpen: (i) de governance van Begemann die leidt tot belangenverstrengeling, (ii) de transacties die - in het verleden dan wel de nabije toekomst - het gevolg zijn geweest dan wel zullen zijn van die belangenverstrengeling en (iii) het gebrek aan openheid jegens de minderheidsaandeelhouders, zowel in de jaarrekeningen als daarbuiten.
3.2 De Ondernemingskamer stelt voorop dat zij er in deze van uitgaat dat de belangen van Sivex en van Van Waeyenberge als dier (economische) aandeelhouder, naar verzoekers hebben gesteld, geacht moeten worden steeds parallel te lopen. De Ondernemingskamer stelt voorts voorop dat sprake is van één aandeelhouder in Begemann met een absolute meerderheid in het geplaatste kapitaal (en in de algemene vergadering van aandeelhouders) van de vennootschap, dat de representant van die meerderheidsaandeelhouder als lid van de raad van commissarissen toezicht houdt op het bestuur van de vennootschap en dat hij in zijn hoedanigheid van commissaris tevens - naar aannemelijk moet worden geacht - vanaf 10 mei 2006 de facto heeft beschikt over de op die datum opengevallen bestuurdersplaats door in eerste instantie Jacobs als (tijdelijke) bestuurder aan te wijzen en vervolgens Van den Berg daarvoor aan te zoeken.
3.3 In een dergelijke situatie rust op (het bestuur van) de vennootschap een bijzondere zorgplicht jegens de niet in het (tijdelijke) bestuur en het toezicht vertegenwoordigde minderheidsaandeelhouders in - met name - die zin dat openheid dient te worden betracht met betrekking tot al die gegevens waarop die minderheidsaandeelhouders als zodanig geen recht hebben en dat (het bestuur van) de vennootschap in het bijzonder dient te voorkomen dat een vermenging van belangen plaatsvindt. Dit een en ander geldt in casu temeer nu het de opdracht van - ook - het tijdelijke bestuur van Begemann is, om op een voor de aandeelhouders best mogelijke wijze tot een (spoedige) vereffening van het vermogen van de vennootschap te komen, nu juist omtrent (de wijze van) die vereffening tussen Sivex en de minderheidsaandeelhouders verschillen van mening zijn gerezen, het vermogen van Begemann nagenoeg geheel bestond en bestaat uit een belang (in de vorm van aandelen en warrants) in Tulip en Sivex haar - sinds de verwerving van haar meerderheidspakket in Begemann al fors uitgebreid - belang in Tulip wenst te vergroten. Gelet op dit samenstel van omstandigheden bestond reeds vanaf de verkrijging door Sivex van haar meerderheidspakket in Begemann een acuut en niet te verwaarlozen risico dat zich een - onaanvaardbare - vermenging van belangen zou voordoen. In zoverre bestond en bestaat voor (het bestuur van) Begemann dan ook een bijzondere zorgplicht jegens verzoekers en de overige minderheidsaandeelhouders en is zij gehouden de verschillende bij haar onderneming betrokken belangen met een grote zorgvuldigheid uiteen te houden.
3.4 Verzoekers hebben gesteld, kort gezegd, dat Begemann (dan wel Van Waeyenberge als feitelijke beleidsbepaler van de vennootschap) zich onvoldoende rekenschap heeft gegeven van haar (dan wel zijn) hiervoor omschreven bijzondere zorgplicht jegens verzoekers en de overige minderheidsaandeelhouders van Begemann. Zij verwijten Begemann in dit verband dat zij (de minderheidsaandeelhouders) door de samenstelling van het bestuur en de raad van commissarissen worden benadeeld doordat in de perioden van 8 juni 2004 tot 19 januari 2006 en vanaf 10 mei 2006 steeds tijdelijke bestuurders door de raad van commissarissen zijn aangewezen, dat geen opvolgende bestuurder(s) door de algemene vergadering van aandeelhouders is (zijn) benoemd, dat Van Waeyenberge niet als onafhankelijk kan worden aangemerkt doch niettemin als enige commissaris heeft gefungeerd gedurende de periode (van 12 mei 2006 tot en met 7 september 2006) waarin de vennootschap heeft besloten tot een omvangrijke kapitaalvermindering en kapitaalterugbetaling, tot de verkoop van een aanzienlijk deel (20 miljoen) van de door haar gehouden aandelen in Tulip en tot de verkoop van alle 17,7 miljoen door haar gehouden warrants op aandelen Tulip, terwijl de wederpartij bij die beide verkopen de meerderheidsaandeelhouder-vennootschap was bij welke Van Waeyenberge een bestuursfunctie vervult en in welke zijn familieleden alle aandelen houden. Aldus heeft Begemann mede in strijd gehandeld met onder meer de principes III.2 en III.6 van de Nederlandse corporate governance code, zo stellen verzoekers.
3.5 De Ondernemingskamer is van oordeel dat dit betoog slaagt en overweegt daartoe als volgt.
3.6 Begemann heeft gesteld dat Van den Berg medio mei 2006 bij haar betrokken is geraakt als procuratiehouder teneinde Jacobs te assisteren in diens tijdelijke bestuurstaak en dat zijn adequate functioneren de (enig fungerend) commissaris ertoe heeft bewogen om Van den Berg in de bestuurstaak te doen voorzien. Waarom het voorstel tot benoeming van Van den Berg niet, zoals op 12 mei 2006 was toegezegd, in de algemene vergadering van aandeelhouders van 30 augustus 2006 aan de (minderheids)aandeelhouders is voorgelegd, is daarmee echter niet verklaard. Dat diens taakvervulling (evenzeer als die van een door de algemene vergadering van aandeelhouders te benoemen bestuurder) naar verwachting van min of meer beperkte duur zal zijn, ligt, gezien de huidige doelstelling tot vereffening van het vermogen van Begemann, in de rede en kan niet dienen ter rechtvaardiging van het achterwege laten van een zodanige benoeming door de aandeelhoudersvergadering. Juist in het onderhavige geval, waarin de minderheidsaandeelhouders er belang bij hebben dat de vereffening van het vermogen van Begemann financieel en commercieel optimaal, transparant en controleerbaar zal geschieden, gaat het niet aan om het bestuur en het toezicht daarop gedurende een langere periode dan strikt noodzakelijk in één hand, en wel die van (een) met de meerderheidsaandeelhouder verbonden perso(o)n(en), te doen berusten en had het op de weg van (het bestuur van) Begemann gelegen ervoor zorg te dragen dat de benoeming van een bestuurder aan de aandeelhouders werd voorgelegd.
3.7 Ook de klacht omtrent de (afhankelijke) positie van Van Waeyenberge als commissaris en diens tegenstrijdige belangen bij de verkoop van de 20 miljoen aandelen Tulip aan Sivex en de verkoop van de warrants op aandelen Tulip aan Sivex treft doel. Hoe zeer het ook voor Begemann - als kleinere beursgenoteerde vennootschap met een exit als doelstelling - (vanuit economisch oogpunt) niet opportuun kan worden geacht om aan alle richtlijnen van de Nederlandse corporate governance code te voldoen, zij dient er niettemin voor zorg te dragen dat aan de hiervoor in 3.3 omschreven minimale verplichtingen wordt voldaan. Dat heeft zij vooralsnog verzuimd. Door, in de omstandigheden van het geval, het laten (voort)bestaan van de hiervoor beschreven situatie met Van Waeyenberge als enige, afhankelijke commissaris die de tijdelijke bestuurder heeft aangewezen en die ter zake van voor Begemann essentiële transacties een tegenstrijdig belang heeft, is - minst genomen - de indruk gewekt dat (het bestuur en de raad van commissarissen van) Begemann de - (potentieel) tegenstrijdige - belangen van Sivex en verzoekers (en de overige minderheidsaandeelhouders van Begemann) niet althans niet voldoende onder ogen (hebben) heeft gezien. Dusdoende is Begemann tekort geschoten in de van haar te verlangen bijzondere zorgplicht jegens verzoekers (en de overige minderheidsaandeelhouders).
3.8 Met betrekking tot de verkoop op 15 maart 2006 van de 20 miljoen aandelen Tulip aan Sivex hebben verzoekers onder meer gesteld dat de verkoopprijs van ? 0,25 per aandeel te (onzakelijk) laag was, nu de slotkoers van het aandeel Tulip op 15 maart 2006 ? 0,29 bedroeg en het aandeel in de periode van 1 maart tot en met 15 maart 2006 nooit lager dan ? 0,28 heeft genoteerd. Begemann heeft daartegenover gesteld dat gelet op de omvang van het verkochte pakket het berekenen van een discount op de actuele beurskoers "goed gebruik en bovendien zakelijk" is. De Ondernemingskamer acht de gehanteerde discount van bijna 14% (en niet, zoals door Begemann, uitgaande van een koers van ? 0,29, ter bijzondere aandeelhoudersvergadering van 7 april 2006 is verklaard, 5% à 10%) fors; een dergelijke discount komt haar ook niet zonder nadere toelichting, welke achterwege is gebleven, bij voorbaat als naar de omstandigheden zakelijk en gebruikelijk voor. Nu Begemann voor de door haar geaccepteerde verkoopprijs overigens geen concrete motivering heeft gegeven, kan door de minderheidsaandeelhouders, die eerst achteraf met de verkoop werden geconfronteerd en zich daarover niet hebben kunnen uitlaten, niet worden vastgesteld dat deze onder at arm's length voorwaarden tot stand is gekomen. De Ondernemingskamer acht dit een en ander in de gegeven omstandigheden niet aanvaardbaar, te minder nu op grond van de vaststaande feiten moet worden aangenomen dat voor de verkoop van de aandelen althans op 15 maart 2006 geen dwingende reden bestond. Ook te dezen is ten minste de indruk gewekt dat Begemann de bij haar betrokken belangen onvoldoende van elkaar heeft gescheiden.
3.9 Ter zake van de verkoop aan Sivex van de 17,7 miljoen warrants op aandelen Tulip op 9 september 2006 heeft naar het oordeel van de Ondernemingskamer mutatis mutandis, doch in versterkte mate (met betrekking tot de verkoop van de aandelen Tulip kan immers nog worden volgehouden dat die in verband met de latere kapitaalterugbetaling noodzakelijk is gebleken, terwijl voorshands niet valt in te zien waarom de warrants op het genoemde moment verkocht moesten worden), hetzelfde te gelden. Verzoekers hebben de intrinsieke waarde van een warrant per de verkoopdatum berekend op ? 0,12 (de slotkoers van het aandeel Tulip op 8 september 2006 ad ? 0,34 minus de uitoefenprijs van een warrant ad ? 0,22). Zij hebben gesteld dat, tegen een verkoopprijs van ? 0,104, de warrants te goedkoop aan Sivex zijn verkocht. Begemann heeft, naar de Ondernemingskamer de desbetreffende uitlatingen van Begemann begrijpt, gesteld dat het reëel was om rekening te houden met een discount vanwege de incourantheid althans ondeelbaarheid van het pakket warrants, maar heeft niet verklaard waarom bij de vaststelling van de verkoopprijs geen rekening is gehouden met een verwachtingswaarde van de warrants - welke afhankelijk is van de looptijd van de warrant en de volatiliteit van het aandeel Tulip - dan wel met de omstandigheid dat - naar in het algemeen moet worden aangenomen - van de (door Tulip reeds op 1 augustus 2006 aangekondigde) overname van Devil binnen afzienbare termijn althans enige positieve effecten op de winst van Tulip en de koers van het aandeel waren te verwachten. De omstandigheid dat Begemann op informele basis bij SNS Bank N.V. (vóór de transactie) en bij ING Bank N.V. (ná de transactie) de zakelijkheid van de overeengekomen prijs voor de warrants heeft "gecheckt" respectievelijk "doen checken", acht de Ondernemingskamer in dit verband onvoldoende. Voorts wil de Ondernemingskamer wel aannemen, naar Begemann heeft doen stellen, dat Tulip de warrants vanwege de hoge kosten niet aan de beurs wenste te noteren, dat zij de warrants wel wilde (terug)kopen doch slechts tegen de kostprijs van ? 0,025 per warrant en dat een individuele toekenning en uitkering van de warrants aan de (minderheids)aandeelhouders van Begemann niet mogelijk was, doch zij vermag niet in te zien waarom de warrants niet door tussenkomst van een bank of andere financiële instelling ten behoeve van individuele (minderheids)aandeelhouders van Begemann konden worden geadministreerd en bewaard. Omtrent een (mogelijke) dergelijke operatie en de door Begemann gestelde prohibitieve kosten daarvan is in ieder geval niet tevoren met de minderheidsaandeelhouders overleg gevoerd. Nu door dezen wel een en andermaal, laatstelijk in de aandeelhoudersvergadering van 30 augustus 2006, uitdrukkelijk daarom is verzocht, had Begemann niet zonder hen te consulteren en omtrent eventuele alternatieven (zoals uitoefening en uitkering) te informeren de warrantstransactie mogen aangaan. Op grond van het vorenstaande bestaat bij de Ondernemingskamer gerede twijfel of deze transactie met Sivex op een verantwoorde en met het oog op de positie van de minderheidsaandeelhouders zorgvuldige wijze tot stand is gekomen.
3.10 In verband met de warrantstransactie overweegt de Ondernemingskamer nog dat, gelet op de meergenoemde bijzondere positie van Van Waeyenberge als (tevens) bestuurder van Sivex en als zodanig optredend voor de grootaandeelhouder van Tulip, alsmede op de omstandigheid dat hij - naar blijkt uit het persbericht van Tulip van 1 augustus 2006 - een kennelijk leidende rol heeft gespeeld bij de financiering van de Devil-transactie, voorts ten minste gerede twijfel op zijn plaats is met betrekking tot de vraag of Van Waeyenberge niet heeft kunnen beschikken over zodanige informatie over de (commerciële en financiële) stand van zaken bij Tulip betreffende de overname van Devil, dat verondersteld mag worden dat hij reeds begin september 2006 in staat was de gevolgen van die overname voor de omzet en resultaten van Tulip te beoordelen - terwijl aan 'de markt' nog niets was medegedeeld - en dat hij Begemann ertoe heeft bewogen de warrants aan Sivex te verkopen en aldus Sivex heeft doen profiteren van een aan Begemann toekomende corporate opportunity (alsmede Begemann althans haar minderheidsaandeelhouders navenant heeft benadeeld). Naar de Ondernemingskamer met verzoekers opmaakt uit het persbericht van Tulip van 14 december 2006, is de waarde van de warrants sinds de aankoop door Sivex immers aanzienlijk gestegen. Dat Van Waeyenberge ten tijde van de totstandkoming van de warrantstransactie (twee dagen, sinds 7 september 2006) geen commissaris meer was (althans volgens Begemann; volgens verzoekers staat hij nog steeds als zodanig bij het Handelsregister ingeschreven) doet aan het voorgaande niet af, nu niet goed denkbaar is dat de transactie niet - minst genomen - mede door hem zou zijn voorbereid.
3.11 Voorzover verzoekers bezwaren hebben geuit tegen de beoogde overname door Begemann van het 49% belang in Commodore B.V. omdat zij een dergelijke overname onmiskenbaar in strijd met de gekozen exit-strategie achten, overweegt de Ondernemingskamer dat die overname, bezien in samenhang met de kennelijk tegelijkertijd door de betrokken partijen nagestreefde overname door (een dochtervennootschap van) Commodore Inc. van Begemann (in welk verband Commodore Inc. mede overleg heeft gevoerd met Sivex) op zich - naar Begemann ook heeft gesteld - wel degelijk in de lijn zou kunnen liggen van de exit-strategie. Ook te dezen heeft echter te gelden dat Begemann heeft nagelaten aan verzoekers en de overige minderheidsaandeelhouders vóór aanvang van de onderhandelingen met Commodore Inc. en vóór de betrokkenheid van Sivex daarbij, volledige openheid van zaken te geven en hen omtrent de voorgenomen, kennelijk samenhangende transacties te informeren terwijl zulks, gelet op het vanwege de diverse hoedanigheden van Van Waeyenberge ook te dezen bestaande risico van belangenvermenging, toch bepaald op haar weg had gelegen. Mitsdien is thans onduidelijk in hoeverre Begemann - dan wel mede namens haar: Sivex - zich bij de onderhandelingen met Commodore Inc. (en in de onderlinge verhouding tussen Begemann en Sivex) voldoende rekenschap geeft en heeft gegeven van haar bijzondere zorgplicht jegens verzoekers en de overige minderheidsaandeelhouders.
3.12 Verzoekers hebben ten slotte nog bezwaren geformuleerd tegen het gebrek aan openheid van Begemann jegens de minderheidsaandeelhouders in het algemeen, met name wat betreft de informatie in de jaarrekeningen over 2002 tot en met 2004, nu Begemann blijkens haar jaarrekening 2005, naast haar belang in Tulip, nog participaties houdt in twee vennootschappen van welke de gezamenlijke opbrengstwaarde circa ? 1,5 miljoen aan liquiditeiten zou bedragen (met het bestaan waarvan bij de verkoop van de aandelen Tulip ten behoeve van de kapitaal-terugbetaling in augustus 2006, volgens verzoekers ten onrechte, geen rekening is gehouden) en voorts in de algemene vergadering van 30 augustus 2006 aan de orde is geweest dat overigens, naar het bestuur kennelijk onlangs is gebleken, nog een kleine dertigtal participaties tot het vermogen van Begemann behoort. Gelet op deze steeds weer vernieuwde inzichten is het volgens verzoekers voor hen onduidelijk of en in hoeverre Begemann thans (wèl) zelf over een adequaat beeld van haar vermogenspositie beschikt en, zo ja, in hoeverre zij dan hen, verzoekers en de overige minderheidsaandeelhouders, daaromtrent juist en volledig heeft ingelicht.
3.13 De stelling van Begemann dat haar jaarrekeningen over de genoemde jaren een juist inzicht geven omdat het bij het vorenbedoelde dertigtal participaties gaat om 'slapende' vennootschappen die "geen duurzaam karakter hadden" en die niet individueel in de jaarrekeningen behoefden te worden vermeld, gaat - gelet op wat in dit geding over de vermogenswaarde ervan is gebleken - wat betreft Begemann Belgium en SKBM N.V. niet op en overtuigt de Ondernemingskamer zonder nadere toelichting - welke achterwege is gebleven - ook overigens niet, nu niet althans niet zonder meer ervan kan worden uitgegaan dat het houden van 'slapende' vennootschappen geen positieve of negatieve rechten of verplichtingen voor de aandeelhouder meebrengt dan wel anderszins enige (positieve of negatieve) waarde vertegenwoordigt. Het komt de Ondernemingskamer voor dat een en ander had kunnen worden ondervangen door in de toelichting op de jaarrekeningen melding van het bestaan van de participaties te maken. Niet valt in te zien waarom zulks niet is gebeurd.
3.14 Hetgeen hiervoor ter zake van de gedragingen en handelwijze van Begemann is overwogen, zowel telkens op zichzelf alsmede in onderling verband en samenhang beschouwd, leidt de Ondernemingskamer voorshands tot het oordeel dat sprake is van gegronde redenen voor twijfel aan een juist beleid van Begemann, met name voor zover het haar beleid met betrekking tot het vervreemden en verwerven van activa - al of niet gepaard gaande met een kapitaalvermindering - betreft.
3.15 Nu de hiervoor bedoelde twijfel betrekking heeft op een aangelegenheid - de vereffening van haar vermogen - die voor zowel Begemann als haar (minderheids)aandeelhouders van essentiële betekenis is, is de Ondernemingskamer van oordeel dat het (verdere) beleid van Begemann met betrekking tot het vervreemden en verwerven van activa dan wel het vereffenen van haar vermogen moet worden gevormd door functionarissen die niet afkomstig zijn van of gelieerd zijn aan haar grootaandeelhouder Sivex dan wel Tulip als belangrijke deelneming van Sivex. De te benoemen functionarissen mogen het tot hun taak rekenen zich te (doen) informeren omtrent de sinds de aankondiging van het openbare bod door Sivex op 14 oktober 2005 in het kader van de vereffening van het vermogen van Begemann verrichte (rechts)handelingen dan wel genomen besluiten en deze - zo zij zulks ter bescherming dan wel consolidatie van de belangen van de (minderheids)aandeelhouders geboden achten - in rechte aan te tasten. Het voorgaande betekent dat het verzoek tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen zoals dat is gedaan voor toewijzing vatbaar is.
3.16 Bij deze stand van zaken behoeven de overige stellingen van verzoekers geen behandeling meer.
3.17 Begemann zal als de in het ongelijk te stellen partij worden verwezen in de kosten van het geding. De behandeling van het verzoek tot het bevelen van een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Begemann zal plaatsvinden op de wijze zoals hierna te vermelden. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
4. De beslissing
De Ondernemingskamer:
benoemt bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van het geding en voor zoveel nodig in afwijking en aanvulling van haar statuten drs. R.J. Meuter te Bussum tot bestuurder van Koninklijke Begemann Groep N.V., aan wie, in alle gevallen waarin de wet of de statuten van Koninklijke Begemann Groep N.V. terzake enige bevoegdheid toekennen aan het bestuur, bij uitsluiting de bevoegdheid toekomt om beslissingen te nemen over en om Koninklijke Begemann Groep N.V. te vertegenwoordigen in ieder overleg en bij iedere rechtshandeling met betrekking tot het vervreemden en verwerven van activa, waaronder begrepen deelnemingen, en het aantasten van besluiten en rechtshandelingen die zijn genomen of aangegaan in de periode vanaf 14 oktober 2005;
bepaalt dat de bestuurder Meuter een overeenkomst van verzekering - op de door hem gewenste voorwaarden - kan sluiten tegen - de gevolgen van - (eventuele) aansprakelijkheid waarmee hij als bestuurder in onderscheidenlijk in verband met de uitoefening van zijn functie kan worden of wordt geconfronteerd;
bepaalt dat het salaris en de kosten van de bestuurder Meuter, de kosten van voormelde verzekering daarin begrepen, ten laste komen van Koninklijke Begemann Groep N.V. en dat zij voor de betaling daarvan ten genoege van deze bestuurder zekerheid dient te stellen;
benoemt bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van het geding en voor zoveel nodig in afwijking en aanvulling van haar statuten drs. J.H. Holsboer te Huizen tot commissaris van Koninklijke Begemann Groep N.V., aan wie, in alle gevallen waarin de wet of de statuten van Koninklijke Begemann Groep N.V. enige bevoegdheid toekennen aan de raad van commissarissen, bij uitsluiting de bevoegdheid toekomt om beslissingen te nemen over en om Koninklijke Begemann Groep N.V. te vertegenwoordigen in ieder overleg en bij iedere rechtshandeling met betrekking tot het vervreemden en verwerven van activa, waaronder begrepen deelnemingen, en het aantasten van besluiten en rechtshandelingen die zijn genomen of aangegaan in de periode vanaf 14 oktober 2005;
bepaalt dat de commissaris Holsboer een overeenkomst van verzekering - op de door hem gewenste voorwaarden - kan sluiten tegen - de gevolgen van - (eventuele) aansprakelijkheid waarmee hij als commissaris in onderscheidenlijk in verband met de uitoefening van deze functie kan worden of wordt geconfronteerd;
bepaalt dat het salaris en de kosten van de commissaris Holsboer, de kosten van voormelde verzekering daarin begrepen, ten laste komen van Koninklijke Begemann Groep N.V. en dat zij voor de betaling daarvan ten genoege van deze commissaris zekerheid dient te stellen;
veroordeelt Koninklijke Begemann Groep N.V. in de kosten van het geding, deze tot op heden aan de zijde van verzoekers begroot op ? 2.973;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
bepaalt dat het verzoek van verzoekers voor zover het strekt tot het bevelen van een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Koninklijke Begemann Groep N.V. zal worden behandeld ter een nader te bepalen en aan partijen mee te delen terechtzitting van de Ondernemingskamer en dat Koninklijke Begemann Groep N.V. en Sivex Agro N.V. tegen het verzoek in zoverre tot uiterlijk 1 februari 2007 een verweerschrift kunnen indienen;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mr. Willems, voorzitter, mr. Faase en mr. Van Loon, raadsheren, mr. Rongen en prof. dr. Van der Meer RA, raden, in tegenwoordigheid van mr. Van Wees, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 28 december 2006.
coll.: