NJB 2011, 692
Een gesuste ruzie, die bij de aankomst van verdachte en zijn broer (opnieuw) zou zijn ontstaan, in welke situatie de verdachte zich beroept op noodweer(exces) omdat die noodweersituatie toen (opnieuw) ontstond, heeft het hof onvoldoende gemotiveerd weerlegd
HR 08-03-2011, ECLI:NL:HR:2011:BP0324
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 maart 2011
- Magistraten
Mrs. Koster, De Savornin Lohman en Thomassen
- Zaaknummer
09/02461
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BP0324
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BP0324, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑03‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BP0324, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑01‑2011
- Wetingang
Sr art. 41
Essentie
Een gesuste ruzie, die bij de aankomst van verdachte en zijn broer (opnieuw) zou zijn ontstaan, in welke situatie de verdachte zich beroept op noodweer(exces) omdat die noodweersituatie toen (opnieuw) ontstond, heeft het hof onvoldoende gemotiveerd weerlegd
Uitspraak
De verdachte werd in hoger beroep veroordeeld tot een werkstraf van 100 uren wegens openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen.
Het middel bevat de klacht dat het hof heeft verzuimd in te gaan op het verweer van de verdediging dat er nadat de verdachte ter plekke kwam opnieuw een noodweersituatie is ontstaan.
Het hof heeft met betrekking ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.