RAR 2018/145
Bedrijfseconomische opzeggingsreden. Beoordeling bedrijfseconomische noodzaak aan de hand van de financiële resultaten van een bedrijfsonderdeel? Geldt afspiegelingsbeginsel ook voor werknemers die als ‘geschikt te maken’ zijn aangemerkt?
HR 13-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1212
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 juli 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.V. Polak, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
17/04024
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS929667:1
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Arbeidsrecht (V)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1212, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑07‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:498, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 04‑05‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑08‑2017
- Wetingang
Art. 7:669 lid 3 onder a, 7:671b lid 1 onder b BW; art. 3, 9 Ontslagregeling
Essentie
Bedrijfseconomische opzeggingsreden. Ontbinding arbeidsovereenkomst. Reorganisatie. Herplaatsingsplicht. Passende arbeid. Uitwisselbare functie.
Kan een werkgever arbeidsplaatsen laten vervallen als dat noodzakelijk is voor een doelmatige bedrijfsvoering van het bedrijfsonderdeel waartoe de arbeidsplaatsen behoren zonder dat het noodzakelijk is voor de bedrijfsvoering van de gehele onderneming? Geldt het omgekeerde afspiegelingsbeginsel alleen voor geschikte werknemers of ook voor werknemers die geschikt te maken zijn voor een openstaande functie?
Samenvatting
Werknemer is sinds 1980 in dienst van ANWB. In juli 2016 werd een ontslagaanvraag ingediend bij het UWV wegens het verval van de arbeidsplaats van werknemer. UWV verleende geen toestemming omdat het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.