NJB 2023/1334
Overdrachtsbelasting. Kan een antispeculatiebeding worden aangemerkt als een verkoopregulerend beding?
HR 21-04-2023, ECLI:NL:HR:2023:650
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 april 2023
- Magistraten
Mrs. Koopman, Wortel, Boerlage, Cools, Van der Voort Maarschalk
- Zaaknummer
22/01352
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:650, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑04‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:1051, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑11‑2022
- Wetingang
(art. 9, lid 5 van de Wet BRV)
Essentie
Overdrachtsbelasting. Kan een antispeculatiebeding worden aangemerkt als een verkoopregulerend beding?
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
Verkoopregulerend beding
‘2.1
Belanghebbende, een onroerendezaakrechtspersoon als bedoeld in artikel 4 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer (hierna: Wet BRV), heeft op 2 januari 2018 van de Gemeente [Q] een derde deel van de aandelen in [A] N.V. (hierna: de N.V.) verkregen. De andere aandelen in de N.V. waren al in handen van belanghebbende.
2.2
De koopsom voor de verkregen aandelen bedroeg € 895.000. In de koopovereenkomst is een antispeculatiebeding opgenomen voor het geval belanghebbende in 2018 of 2019 direct of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.