Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 1370/2007 betreffende het openbaar personenvervoer per spoor en over de weg en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1191/69 van de Raad en Verordening (EEG) nr. 1107/70 van de Raad
Bijlage Regels van toepassing op de in artikel 6, lid 1, bedoelde compensaties
Geldend
Geldend vanaf 03-12-2009
- Bronpublicatie:
23-10-2007, PbEU 2007, L 315 (uitgifte: 03-12-2007, regelingnummer: 1370/2007)
- Inwerkingtreding
03-12-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-10-2007, PbEU 2007, L 315 (uitgifte: 03-12-2007, regelingnummer: 1370/2007)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Personenvervoer algemeen
Vervoersrecht / Railvervoer
Vervoersrecht / Wegvervoer
1
Compensaties uit hoofde van overeenkomstig artikel 5, leden 2, 4, 5 of 6, onderhands gegunde contracten of uit hoofde van een algemene regel, dienen te worden berekend overeenkomstig de regels van deze bijlage.
2
Een compensatie mag niet hoger zijn dan het netto financiële effect van de som van de positieve of negatieve effecten van de nakoming van de openbaredienstverplichting op de kosten en ontvangsten van een exploitant van openbare diensten. De effecten worden beoordeeld door de situatie waarin de openbaredienstverplichting wordt vervuld, te vergelijken met de situatie die zich zou hebben voorgedaan, wanneer die verplichting niet zou zijn vervuld. De bevoegde instantie berekent het netto-financiële effect aan de hand van de volgende formule:
Kosten gegenereerd in verband met een openbaredienstverplichting die of een pakket openbaredienstverplichtingen dat door een bevoegde instantie/bevoegde instanties is opgelegd en in een contract en/of een algemene regel is vastgelegd,
minus de positieve effecten die worden gegenereerd binnen het netwerk waarop de betrokken openbaredienstverplichting rust,
minus de ontvangsten uit de vervoertarieven of enige andere ontvangsten die bij de vervulling van de betrokken openbaredienstverplichting(en) worden gegenereerd,
plus een redelijke winst,
het netto-financiële effect.
3
De naleving van de openbaredienstverplichtingen kan een invloed hebben op de eventuele vervoersactiviteiten van een exploitant buiten het kader van de betrokken openbaredienstverplichting(en). Om overcompensatie of gebrekkige compensatie te voorkomen, dient bij de berekening van het netto-financiële effect derhalve rekening te worden gehouden met kwantificeerbare financiële effecten op de betrokken netten van de exploitant.
4
De kosten en ontvangsten moeten worden berekend overeenkomstig de geldende boekhoudkundige en fiscale regels.
5
Om de transparantie te verhogen en kruissubsidies te vermijden, dient een exploitant van openbare diensten, wanneer hij naast diensten waarvoor hij compensaties voor openbaredienstverlening ontvangt, ook andere activiteiten uitoefent, voor de exploitatie van de openbare vervoersdiensten over een gescheiden boekhouding te beschikken die ten minste aan de volgende voorwaarden voldoet:
- —
de rekeningen betreffende de verschillende exploitatieactiviteiten zijn gescheiden en het aandeel van de overeenkomstige activa en vaste kosten wordt uitgesplitst overeenkomstig de geldende boekhoudkundige en fiscale regels;
- —
alle variabele kosten, een evenredige bijdrage in de vaste kosten en een redelijke winst in verband met enige andere activiteit van de exploitant van openbare diensten mogen in geen geval worden toegeschreven aan de betrokken openbare dienst;
- —
de kosten van de openbare dienst worden in evenwicht gehouden door de exploitatieontvangsten en de overheidsbijdragen, die niet naar andere activiteiten van de exploitant van openbare diensten mogen worden doorgeschoven.
6
Onder redelijke winst wordt een vergoeding verstaan die overeenstemt met de gebruikelijke kapitaalbeloning in de sector in een bepaalde lidstaat, rekening houdend met het risico, of het ontbreken daarvan, voor de exploitant van de openbare dienst ingevolge de tussenkomst van de overheid.
7
De compensatieregeling dient aan te zetten tot het behoud of de ontwikkeling van:
- —
een objectief controleerbaar, efficiënt beheer door de exploitant van openbare diensten, en
- —
de verlening van personenvervoersdiensten van voldoende kwaliteit.