NJ 2018/351
EEX-Verordening. Rechterlijke bevoegdheid; reikwijdte exclusieve bevoegdheid ex art. 22 punt 2 inzake de geldigheid van besluiten van organen van vennootschappen en rechtspersonen; vordering tot toetsing billijkheid vergoeding bij gedwongen uitkoop minderheidsaandeelhouders.
HvJ EU 07-03-2018, ECLI:EU:C:2018:167, m.nt. G. van Solinge (E.ON Czech Holding)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
7 maart 2018
- Magistraten
R. Silva de Lapuerta, J.-C. Bonichot, A. Arabadjiev, S. Rodin, E. Regan
- Zaaknummer
C-560/16
- Conclusie
A-G M. Wathelet
- Noot
G. van Solinge
- Roepnaam
E.ON Czech Holding
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS124572:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2018:167, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 07‑03‑2018
ECLI:EU:C:2017:872, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 16‑11‑2017
- Wetingang
Art. 22 Brussel I
Essentie
Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens art. 267 VWEU, ingediend door de Nejvyšši soud (hoogste rechter in burgerlijke en strafzaken, Tsjechië) bij beslissing van 20 september 2016.
EEX-Verordening. Rechterlijke bevoegdheid; reikwijdte exclusieve bevoegdheid ex art. 22 punt 2 inzake de geldigheid van besluiten van organen van vennootschappen en rechtspersonen; vordering tot toetsing billijkheid vergoeding bij gedwongen uitkoop minderheidsaandeelhouders.
Samenvatting
Art. 22 punt 2 EEX-Verordening moet aldus worden uitgelegd dat een vordering als in het hoofdgeding, die strekt tot toetsing van de billijkheid van de vergoeding die de meerderheidsaandeelhouder van een vennootschap moet betalen aan de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.