NJB 2020/1895:Tijdens een faillissement stelt de gefaillieerde zelf een vordering in. Daarna eindigt het faillissement. Later doet de wederpartij een beroep op niet-ontvankelijkheid van de gefaillieerde in de vordering. Hoge Raad: De schuldenaar verliest door zijn faillissement niet de bevoegdheid om in rechte op te treden. De wederpartij van de gefailleerde kan een beroep doen op niet-ontvankelijkheid van de gefailleerde. Dit beroep komt de wederpartij slechts toe zolang het faillissement van de schuldenaar voortduurt