Einde inhoudsopgave
Wet studiefinanciering BES
Artikel 4.9 Vaststelling en aflossing termijnbetalingen
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2020
- Bronpublicatie:
12-02-2020, Stb. 2020, 76 (uitgifte: 04-03-2020, kamerstukken: 35320)
- Inwerkingtreding
01-04-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-03-2020, Stb. 2020, 98 (uitgifte: 23-03-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Studiefinanciering
Verzekering / Kapitaalverzekering
1.
Rente en aflossing van de leningen vervallen gedurende de aflosfase in vaste maandelijkse termijnen.
2.
De hoogte van de maandelijkse termijnbetalingen wordt op basis van het aantal maanden van de aflosfase onderscheidenlijk het nog resterende aantal maanden van de aflosfase tot gelijke bedragen vastgesteld bij de aanvang van ieder jaar van de aflosfase.
3.
Onverminderd toepassing van artikel 4.10 bedraagt het totaal per jaar te betalen bedrag aan maandelijkse termijnbetalingen ten minste USD 545.
4.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld voor de vaststelling en betaling van de termijnbetalingen. Hierbij kan tevens worden bepaald dat betaling geschiedt door middel van een daartoe verleende doorlopende machtiging om het verschuldigde bedrag maandelijks te doen afschrijven van een bankrekening.