Asser Procesrecht 8 Arbitrage en bindend advies
Einde inhoudsopgave
Asser Procesrecht/Sanders, Meijer & Ernste 8 2023/416:416 Rechtsmacht Nederlandse rechter.
Asser Procesrecht/Sanders, Meijer & Ernste 8 2023/416
416 Rechtsmacht Nederlandse rechter.
Documentgegevens:
prof. mr. G.J. Meijer, prof. mr. P.E. Ernste, datum 01-06-2023
- Datum
01-06-2023
- Auteur
prof. mr. G.J. Meijer, prof. mr. P.E. Ernste
- JCDI
JCDI:ADS858469:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Arbitrage
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
- Wetingang
art. 1076 lid 1 Rv
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Uit de arresten NRSL/Kompas1 en Çukurova/Sonera I2 volgt dat de Nederlands rechter op grond van art. 3, aanhef onder c, Rv niet slechts rechtsmacht toekomt om kennis te nemen van een verzoek tot erkenning en verlof tot tenuitvoerlegging ex art. 1075 Rv, maar ook als een dergelijk verzoek is gebaseerd op art. 1076 Rv (zie voorts nr. [384]).3
In bepaalde gevallen zal alleen om erkenning van een arbitraal vonnis worden verzocht. Uit de beschikking Vastint/Svensson volgt dat niet kan worden volgehouden dat alleen belang bestaat bij erkenning van een buitenlands arbitraal vonnis in Nederland als ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.