AB 2013/240
Flora- en faunawet en relativiteit. Ter bescherming van welke belangen strekt de Ffw? Welke beleids- of beoordelingsruimte heeft het bevoegd gezag bij het vaststellen van maatwerkvoorschriften?
ABRvS 19-06-2013, ECLI:NL:RVS:2013:CA3666, m.nt. W.R. van der Velde
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
19 juni 2013
- Magistraten
Mrs. Th.G. Drupsteen, W. Sorgdrager, Y.E.M.A. Timmerman-Buck
- Zaaknummer
201210708/1/A4
201210709/1/A4
201210711/1/A4
201210712/1/A4
201210714/1/A4
201210745/1/A4
201210748/1/A4
201210751/1/A4
201210752/1/A4.
- Noot
W.R. van der Velde
- LJN
CA3666
- JCDI
JCDI:ADS914628:1
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Soortenbescherming
Milieurecht / Milieuprivaatrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2013:CA3666, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 19‑06‑2013
- Wetingang
Art. 75 Ffw; art. 1.9 Chw; art. 3.14a Activiteitenbesluit
Essentie
Ffw-ontheffing ten behoeve van Windpark Noordoostpolder. Ffw-ontheffing strekt niet mede ter bescherming van belangen van omwonenden. Noodzaak tot stellen maatwerkvoorschriften in verband met bijzondere lokale omstandigheden?
Samenvatting
Het behoeft niet in alle gevallen op voorhand uitgesloten te worden geacht dat de Ffw met de bescherming van diersoorten tevens bescherming biedt aan het belang bij het behoud van een goede kwaliteit van de directe leefomgeving van omwonenden. Dit geval doet zich echter hier niet voor. Het gaat om een ontheffing op grond van de Ffw ten behoeve van een grootschalig windturbinepark. De diersoorten die in het geding zijn betreffen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.