NJFS 2010/312
Vervroegde of voorwaardelijke invrijheidstelling in WOTS-zaken.
Rb. 's-Gravenhage 21-09-2010, ECLI:NL:RBSGR:2010:BN8611
- Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
- Datum
21 september 2010
- Magistraten
Mr. R.J. Paris
- Zaaknummer
374383 / KG ZA 10-1056
- LJN
BN8611
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBSGR:2010:BN8611, Uitspraak, Rechtbank 's-Gravenhage, 21‑09‑2010
- Wetingang
Essentie
WOTS. Voorwaardelijke invrijheidstelling. In WOTS-zaken, waarin de buitenlandse rechter vóór inwerkingtreding van de regeling van de voorwaardelijke invrijheidstelling uitspraak heeft gedaan, moet de oude regeling van de vervroegde invrijheidstelling worden toegepast. De andersluidende ministeriële richtlijn heeft geen wettelijke grondslag.
Partij(en)
Vonnis in kort geding van 21 september 2010 in de zaak van eiser, adv.: mr. A.M. Seebregts te Rotterdam,
tegen
de Staat der Nederlanden (de Minister van Justitie), te 's‑Gravenhage, gedaagde, adv.: mr. L.C.W.M. van Kessel te 's‑Gravenhage.
Uitspraak
Voorzieningenrechter:
1. De feiten
Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting van 13 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.